Er was eens... 14-18
Toen de vogels nog konden
praten,
de buren bij de buren
gingen,
samen op schoot zaten ’s
avonds of
op klaarlichte dag, zat
boer Maene
op de reling van de bank
aan het
vierstratenpunt, hij
kruiste zijn benen,
legde de hand op een enkel, floot
de buurt bijeen, hij zou
vertellen
van de oorlog aan de IJzer
toen
de bommen kraters maakten
en
soldaten in alle talen
elkaar
de loef afstaken. De
kinderen
gingen op de grond zitten, de vrouwen
breiden voort, de mannen
knikten
van herkenning: hadden zij
de oorlog
in ’40 niet nog eens
overgedaan?
Thierry Deleu
Geen opmerkingen:
Een reactie posten