Eindredactie: Thierry Deleu
Redactie: Eddy Bonte, Hugo Brutin, Georges de Courmayeur, Francis Cromphout, Jenny Dejager, Peter Deleu, Marleen De Smet, Joris Dewolf, Fernand Florizoone, Guy van Hoof, Joris Iven, Paul van Leeuwenkamp, Monika Macken, Ruud Poppelaars, Hannie Rouweler, Inge de Schuyter, Inge Vancauwenberghe, Jan Van Loy, Dirk Vekemans

Stichtingsdatum: 1 februari 2007


"VERBA VOLANT, SCRIPTA MANENT!"

"Niet-gesubsidieerde auteurs" met soms "grote(ere) kwaliteiten" komen in het literair landschap te weinig aan bod of worden er niet aangezien als volwaardige spelers. Daar zij geen of weinig aandacht krijgen van critici, recensenten en andere scribenten, komen zij ook niet in the picture bij de bibliothecarissen. De Overheid sluit deze auteurs systematisch uit van subsidiëring, aanmoediging en werkbeurzen, omdat zij (nog) niet uitgaven (uitgeven) bij een "grote" uitgeverij, als zodanig erkend.

3 december 2011


NOOT

Pedro Almodóvar Caballero (°1951), geboren in Calzade de Calatrava, is de meest succesvolle regisseur van het Spanje na Franco. Hij liep middelbaar onderwijs in Cáceres en verhuisde in 1967 naar Madrid, waar hij twaalf jaar als administratief medewerker voor een telefoonbedrijf werkte. ’s Avonds speelde hij in een punkband. Hij kon zich niet aan de filmacademie inschrijven en is dus een autodidact. Hij begon zijn filmcarrière in de jaren van de movida madrileña met werk dat als provocerend werd ervaren. De film Mujeres al borde de un ataque de nervios (1987) betekende een doorbraak, waarvoor hij vijftig prijzen kreeg en een Oscar nominatie. Voor Todo sobre mi madre (1999) kreeg hij in 2000 de Oscar voor de beste buitenlandse film, voor Hable con Ella (2002) de Oscar voor het beste scenario. De regisseur heeft een voorkeur voor een beperkt aantal actrices, onder wie Carmen Maura.
Carmen García Maura (°1945) komt uit een welgestelde en conservatieve familie in de Madrileense wijk Chamberí. Ze is al meer dan twintig jaar een van de bekendste Spaanse actrices en heeft zowel in Spanje als daarbuiten al diverse prijzen gewonnen. Ze studeerde filosofie en schone kunsten in Parijs, kreeg vervolgens opdrachten in theaters, bij bedrijfspresentaties en voor televisie in Madrid. Daar werd ze opgenomen in de prestigieuze theatergroep “Los Goliardos” en kwam in de jaren 1970 in contact met Pedro Almodóvar. Ze acteerde in zeven films van Almodóvar. Na Mujeres al borde de un ataque de nervios (1987) is de samenwerking om onduidelijke redenen stopgezet. Maar in 2006 kwamen beiden weer samen om de succesfilm Volver te maken.

Regie-instructies van Pedro Almodóvar
aan Carmen Maura


1

Ik vertel je over de toon, de verborgen bedoelingen,
de mysterieuze parallellen. Het gaat niet om wat er
gebeurt, maar om hoe het wordt gebracht. Er is zoveel
gaande. Iemand wordt verdronken in bad, iemand
het hoofd afgehakt, iemand de pols doorgesneden.

De maestro zegt: “We spreken over de kunst van
het doden. Het zwaard wordt achter in de nek
geplaatst, in het kruis tussen de schouderbladen.
Het windt vrouwen op dat ik stierenvechter ben.”

Als hij zijn vriendin penetreert, zegt hij: “Doe je
ogen dicht, doe alsof je dood bent.” Ze stift haar
lippen rood, bloedrood. Je komt weinig in beeld,

alleen op het eind. Als Angel bloed ziet, valt hij flauw.
Je neemt hem in de armen. Belachelijk. Je kust hem.


2

Streel jezelf waar je het lekker vindt. Daar gaat het
om. Keer je nu eens naar mij. Ik ben de regisseur,
mijn vertrouwde alter ego, en jij bent mijn zus die
op het verweesde meisje past, terwijl wij de echte
wezen zijn. Zoals ik nu twee mannen liefheb, heb jij

ooit, in een ver verleden, twee mannen liefgehad,
onze vader en de priester die het orgel bespeelde in
de kapel van je school. Je masturbeerde op het plein
en bent altijd, tegen wil en dank, schuldig aan wat

zich afspeelt op het toneel. Je hakt zo radeloos met
de bijl op je slaapkamer in, ligt vervolgens in nachtpon
in de fauteuil en steekt een sigaret op. Je telefoneert

met de rode telefoon en vraagt dat de ander ophangt.
Ne me quitte pas. Toe, bevrijd je. Snuif nog een lijntje.


3

Ik bestuur een trein zonder remmen en zorg ervoor
dat hij niet ontspoort. Jij bent de motor van het verhaal
en je raast maar door. Alles wordt complex, ook als jij
dat niet wil. Je wereld stort in als je vriend je bedankt.
En jij? Jij moet jezelf redden. Hij lult maar voor zich weg:

“Ik heb liever jou dan succes. Jij bent de geisha van
mijn leven. Houd me voor de gek en zeg dat je altijd
op me hebt gewacht.” Lippenstift, vlinders. Camera’s
draaien voortdurend. In de studio val je flauw na het

inspreken van het gesprek. Het gaat niet meer. Je stelt
je flat te huur, koopt dan slaappillen en steekt je bed
in de fik. Je pakt de koffer met zijn spullen en gooit ze

op de afvalcontainer. De roltrap, het vrouwenhoofd. Je
zegt dat hij te laat is gekomen en ruimt de puinhoop op.


4

Carmen, jij bent chemie. Maar als je over de vijftig bent,
let op. Zal het nog werken na zeventien jaar, als ik je laat
terugkeren in een prent die over terugkeren gaat? Het
begint allemaal bij je grafsteen op het kerkhof. En weer
waait die oostenwind die de mensen hier gek maakt en

herinneringen oproept aan de brand. Je bent omgekomen,
denken ze. Op het eind wordt alles helder en klaar. Nu
verteren de vlammen nog de bomen die verkolen. Op weg
naar huis altijd die windmolens op een bruine vlakte van

dor gras. De oleander heeft dit jaar geen bladluis.
Jij verschijnt aan je jongste dochter na de begrafenis
van haar tante. Je roept vanuit de koffer van de auto:

“Laat me eruit. Help een handje, hier. Ik ben gebroken
van de reis. Geef me lucht.” Je zucht. Blauw overheerst.


5

Je kunt als geest rondwaren in de straten van bijgelovige
dorpen, maar jij kiest ervoor om je onder het bed te
verstoppen en daar komt je oudste dochter je bezoeken.
Zij die zo mooi zong over de lichten die ze zag twinkelen
en die in de verte je terugkeer aankondigden. Je zegt dat

je bent teruggekomen om haar om vergeving te vragen.
Ze had gelijk dat ze vluchtte en jou haatte. Je zag niets,
terwijl je man haar misbruikte. Maar je hebt wel gezien
dat hij met een oude hippie liep en je hebt het huis met

hen erin in brand gestoken. Je wilt naar de rivier rijden,
omdat je er zo lang niet meer bent geweest, en daar
ligt een ander begraven. Met mannen hebben jullie nooit

geluk gehad. Je loopt traag op pantoffels door de gang
naar je kamer en zegt zacht: “Ik blijf tot het einde.”

Vertaling: Joris Iven

Geen opmerkingen: