NIEUW NUMMER VAN HEIBEL:
NOG ALTIJD INTERESSANT
MAAR ZONDER WOW!
Nog niet aan gedacht: om mijn
soevereiniteit te bewaren weiger ik elke subsidie van het Vlaams Fonds voor de
Letteren, tenzij het VFL aandringt en mij royaal wil sponsoren. Ik beloof de duizenden
euro’s achterstallige steun gelijk te verdelen over alle niet-gesubsidieerde
auteurs.
Ik kijk er naar uit om de nieuwe
gedichtenbundel van Robin Hannelore, De menhir van Eisterlee, te recenseren. Mijn adres is jou bekend, Robin. Ik besprak je eerste
bundel in “Kreatief” (ik vermoed 1967).
Tot mijn verwondering is er voor
deze “Heibel” geen gastdichter gevonden. Was ik het witte konijn? Of was de
kwaliteit van mijn verzen hemeltergend hoog dat anderen een nieuwe selectie
niet hebben overleefd?
Het laudatio Herman Elegast door Frank De Vos is voor meer
dan één reden opmerkelijk. Primo: Frank vindt je overal waar
“nestors” zijn en “sloopbedreigde” kazematten. Frank heeft een goede inborst.
Zijn
eerste laudatio is een meesterwerkje. Onder andere omdat ik een stukje van mijn
verleden erin herken: Melchtal, “waar onder de douche witte verpleegsters onze
rug kwamen wassen”. We stonden daar “met een rode kop omwille van onze kleine
naaktheid”.
Dat
Louis Verbeeck wordt gehuldigd, kan ik met een luid driewerf hoera toejuichen.
Gebeten door de schrijversmicrobe (die bij Louis op respectabele leeftijd nog
altijd hyperactief is) heeft hij vele merites: cursiefjes, kolderpoëzie,
liedjesteksten, leraar.
Ineens
hoor ik van horen zeggen dat Kristien Hemmerechts klaagt over haar
boekenverkoop. Ocharm, ik geef haar een klapzoen, als troost in bange dagen.
Wordt zij niet voldoende gesubsidieerd? Of is haar uitgever krenterig met
zakgeld?
Dossier Walter Van Den Broeck krijgt een derde deel. En
inderdaad, “dan moet het maar eens gedaan zijn met die zever”. Het dossier is
vernietigend voor de man, vooral voor zijn roman, Terug naar Walden. Ik kan mij niet van de indruk ontdoen dat zijn
twee oud-strijdmakkers hem naar de hel wensen. Voor Walter is dat niet erg: hij
gelooft niet in sprookjes, tenzij hij die zelf schrijft. Depeuter vindt nieuwe
porties clichés en ergert zich aan de vroegrijpheid van de personages die hij
omschrijft als “infantiele meligheid”. Het zit hem hoog dat “de heidense Walter
niet in een God gelooft”. In één woord: Terug
naar Walden is geflopt!
Robin
Hannelore herinnert zich “vergeten dingen”. Hij bedoelt: Jef Lievens’ Schapen op de ruwe Heide, de
antibiotica, de reuzenpad, zijn buurman imker Gaston Van Dam.
Mijn
rebelse vriend Johan Sanctorum heeft enkele “averechtse overwegingen rond
cultuursubsidies en kunstenbeleid”. Afromen is de boodschap. Bovendien is het
geen probleem: de Vlaming is toch cultureel onderontwikkeld en heeft geen
boodschap aan cultuur. Commercie, dat is plezant, goedkope producten tegen
woekerprijzen verkopen. Immoreel? So what? “Niemand is verplicht te kopen!”
Delvoye
en Verhulst zijn in Wallonië gaan wonen. “Recto-Verso” (januari-februari 2011)
besteedt een speciaal nummer aan het zelfbeklag van de cultuursector en vergeet
daarbij beroep te doen op mijn deskundigheid.
Schauvliege
vertikt het om naar een van mijn boekvoorstellingen te komen. Bovendien heeft
zij geen last van cultureel geroezemoes. De gesubsidieerde kunstensector is
voor haar een kleutertuin. Ze heeft gelijk. Denk aan de kakmachine van Delvoye,
de hespententoonstelling van Jan Fabre, de regimekunstenaar Luc Tuymans. In de
straat bloeit de tegencultuur. In de huizen huist de huis-, tuin- en
keukenkunst. Deze kunst wordt iedere dag de huiskamer binnengetuned via “Man
bijt hond”.
Ook Staf
Versweyveld begeeft zich op glibberige paden. Ook hij heeft overschot van
gelijk: hij wil worden gelezen en met dit edele doel voor ogen strooit hij
kwistig kortgeknipte weetjes over een paar bladzijden. Spijtig zijn die
nieuwtjes geen nieuws (meer): Herman en Tania zijn uit elkaar, de kakmachine
van Delvoye is plagiaat (Delvoye de rode draad in dit nummer), Jeroen Brouwers
die de Vlamingen leerde schrijven, is voor zijn landgenoten “topzwaar,
vermoeiend en onbezield”.
Voor Staf
is de juiste Heibelmentaliteit: “Als schrijver leven en werken buiten de
literaire wereld en het literaire systeem. Wat ze denken en geloven en wat hun
regeltjes zijn, laat mij koud”. Ik sluit mij hier graag bij aan, maar waarmee
vullen wij dan de volgende nummers van “Heibel”, Staf?
Kristien gooit alles in één doos is een leuke titel, ludiek maar
nagelkloppend juist. Hemmerechts verliest met Gitte even (?) de pedalen. Het is goed geweest, ze mag stoppen en
de Boot helpen promoten, kuisen, schilderen.
De Clausfamilie
ruziet, bekvecht, zogezegd om de publicatie van het boek van Mark Schaevers, De Wolken. Het imago van de Meester
wordt besmeurd: hij was niet zo
nonchalant en luchtig als hij zich voordeed, hij kon echt niet zonder Vlaanderen en de Vlamingen (hij trok zijn neus niet echt op voor al wat Vlaams was), hij
was vooral met zichzelf bezig, ongehinderd ambitieus en werkte hard aan zijn
uitstraling. Wat een schertsvertoning, familie, iedereen wist dat Hugo fakete!
Opbrouck
en Delvoye delen kak en pis in een zelfde West-Vlaamse drollerigheid: ze hebben
“al vaak in hun broek gescheten van het lachen”.
Koen
Meulenaere in “Knack” maakt zich graag interessant met kritische uithalen en
instekers. Over “Het Goddelijk monster” zegt hij: “HGM is nog slechter dan FC
De Kampioenen. En tien keer duurder. En er kijken tien keer minder mensen naar…
Wat tegen de borst stuit, is de barnumreclame die dat amateurtoneel heeft gekregen”.
Ik ben
blij als de ober de “hersentjes met appelmoes à la Vangansbeke ” serveert.
Hoeveel oorlogen zou Martine Tanghe al hebben aangekondigd? Julien spreekt van
“boerenbedrog van de berichtgeving in de media”. Hij noemt Charles de Gaulle
“een even grote schijtlaars als Beatrix en Leopold”.
Martine,
het ga je goed. Iedere keer dat ik jou op TV zie, herinner ik mij onze bijna
dagelijkse ontmoetingen nabij Bissegem Plaats. Ik reed voor mijn werk naar
school en jij stapte naar de bus voor KULeuven, campus Kortrijk.
BV’s “een
kliek blaaskaken die vooral uitblinkt door van haar geslachtsdelen een snoepwinkeltje
te maken,” zegt Julien.
“De film
Los van Jan Verheyen is … tijdverlies
… Hoe onbeholpen heeft hij het gegeven in beeld gebracht … Hij kan op TV een
goed babbeltje doen over films, maar daarmee is ook alles gezegd over zijn
kwaliteiten…”
Frans
Depeuter keert zich met verve tegen “de zich links noemende auteur” Jef Meert. Het
siert Frans dat hij consequent alles wat links is met de grond gelijk maakt. Jef
heeft Depeuter en Hannelore “een stelletje nitwits” genoemd, “verenigd in
Heibel”. Ik zou voor minder boos worden!
“In zijn
retro-verslag van de Uitreiking van de Herman J Claeysprijs in ‘De Groene
Waterman’ (2 juli 1968) krioelt het van leugens,” schrijft Frans. Hij vindt een
reëvaluatie dan ook gepast (43 jaar na de feiten).
Enkele
leugens (dixit Frans): bv. “gebalde vuisten (naar een oeroude nazi-traditie)”,
een “naar bourgeoisie-riekende locatie”.
In
werkelijkheid was er één iemand die de Hitlergroet bracht om te beduiden dat
Claeys als een nazi optrad en “het monopolie van de micro” opeiste (Frank De
Keyser in “Het Laatste Nieuws” van 6 juli 1968). De zaak liep zo uit de hand “tot drie
politiemannen opdaagden” en het trio Claeys, Meert en Van Maele afvoerden.
Voilà, na 43 jaar achterhaalt de waarheid de leugen wel!
Robin
maakt in dit nummer ook Heibel in
Lilliput. Hij viseert Gaia, Henny Kuiper, Dimitri Leue, Eefje Lanoye (het
nichtje van Tom). Maar waar ik het roerend mee eens ben, is zijn bedenking over
“uitgevers” die beweren dat “BV-boeken de markt gezonder maken, zodat
moeilijkere boeken ook een kans krijgen. Ze vormen een buffer voor andere
schrijvers”. Bullshit, Johan Ghysels van Lannoo.
We zijn
weer ettelijke grootheden kwijt: Liz Taylor (°1932), Bob Benny (°1926), René De
Feyter (°1930), Jef Burm (°1923), La Esterella (°1919), Eugène Berode (°1931), Johnny
Hoes (°1917), Tony Corsari (°1926) en Hélène Haasse (°1948).
Kristientje
Hemmerechts is, naast Wim Delvoye, in deze “Heibel” de meest geciteerde.
Proficiat! En inderdaad: “Een heilig Treesje” is zij nooit geweest! Nochtans is
zij de laatste tijd erg begaan met het moreel niveau van Vlaanderen. “Hoe
noemen ze dat? De anale fase?” Of: “Een bakje troost”? Zij overstelpte echter
het Feest van de Vlaamse Gemeenschap in Turnhout met vulgariteiten en obscene
woordspelingen over stront, overspel, condooms, penetratie en seks. Na Delvoye
en Verhulst is zij het derde wiel aan de strontmachine. Wie wordt de vierde
auteur die begaan is met zijn stoelgang? Ik gok op Wim Opbrouck.
Christoph
Lintermans maakt zijn debuut in “Heibel” met een bespreking van Bart Maddens’ Omfloerst separatisme? Een ernstige
recensie. Maddens focust ook op de laatste tien jaar van communautaire
spanning. Hij haalt uit naar “het BHV-circus, de verlatingsangst van de
Franstaligen, het verraad van Paars, de Belgicistische manipulaties, de
francofone haatmedia, de institutionele bricolage, de Brusselse aberratie en de
rol van de koning.” Een boeiend en verhelderend verhaal!
Julien
bespreekt de roman Bloedgetuigen van
Johan de Boose. Johan heeft literair talent, maar hij heeft zijn “opdracht”
overschat (dixit Julien).
Een schaap op de Vlaamse vlag? Ik wou dat ik het zelf had
bedacht. Gele kleur uit? Oké. Op de achtergrond de tricolore en daarop een
schaap? Oké. Maar met rode oortjes! Peeters krijgt echter veel tegenwind. Het
buitenland prefereert onze leeuw!
Frans
Depeuter schrijft een stuk over De
literaire helden van Olland. Een 30-tal Ollanders waren in Peking te gast
(?) voor de grootste internationale Book Fairs ter wereld: de BIBF. Op kosten
van het Nederlands Letterenfonds. Frans is verontwaardigd: “Schrijvers met een
grote S. En allemaal zo links als de pest.” Bedoelt Frans dat rechtse
schrijvers beter zouden aanslaan in een land dat zijn schrijvers achter tralies
sluit?
Al bij
al een goed maar een beetje mak nummer. Een nummer met “een tam schaap” op het
menu. Volgende keer verwacht ik (nog) meer pit, minder aversie voor links en
“ongeloof”, minder verleden, meer toekomst. Ik kijk er nu al ongeduldig (zes
maand?) naar uit.
Thierry
Deleu
Heibel, 16de jaargang,
nummer 3 - oktober 2011.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten