1
Onderweg Cressy-sur-Somme aan Joris
van Severen denken doodzonde aanslag
tegen de natuur de gastvrijheid van het
land en zijn bewoners ik hervat mij en
kijk met grote ogen links en rechts hoe
glooiend de weg ineens schromig beheuveld
de natuur zich blootgeeft de zon heeft haar
entree gemaakt schuchter nog om ons niet
te verrassen mijn vrouw schikt zich op voor
de ontmoeting met de gelukzaligheid
tot wanneer als uit een onooglijk groot zwart gat
een grote vogel zijn mest over de
voorruit achterlaat het mestplan werkt niet
wij lachen naar elkaar de wissers slaan
hopeloos om zich heen onze bestemming
heeft een extra dimensie we rijden naar
een stek waar Tom “onze Tom” wordt genoemd
vreemd gevoel van thuiskomen in een vreemd huis.
2
In Bourgondië is het perfect mogelijk
zegt zij dat je het leven aan de lichte
kant bekijkt ook al is de dood nabij geweest
de angst bedwongen met een kracht die niet
des mensen is en opnieuw dwalen mijn
gedachten af naar Karel de Stoute die
ik voor vader had gewenst in mijn strijd
tegen het gezag van grote mensen met
veel wetenschap en zo weinig geloof in
het mysterie van de natuur ik noem het
liever de kosmos het heelal het “hele Al”
dat mij niet langer bang maakt maar hoop geeft
op eeuwigheid in leven eeuwigheid in dood.
3
Aan de kleine Somme die klotsend
ander deuntje zingt dan Grote Zus
met wie het nooit vereend zal worden
staan drie vissers kaarsrecht in hun hand
pers en vislijn dobberend voor zich uit
zij spreken Vlaams des Hollandais zegt een
ingezetene vanuit zijn wagen
het onderscheid niet duidelijk
ik doe geen moeite meer om hun fout
in kaart te brengen verderop merk ik
de gastvrouw van Le Moulin donkere
blik werpen op het licht dat bovenop
de heuvels ligt het wordt goed vandaag
prevelt zij hardop wij lopen in
haar richting zij wacht lacht haar gave
tanden bloot in haar ogen twinkeling
van een boodschapper met goed nieuws.
4
Cressy-sur-Somme apegapend aan
de horizon wij rijden erheen
sightseeing de huizen geteld de kerk
gemonsterd geen luis op straat alleen de
curé heeft zijn schapen geteld en zit
vastgenageld op de bank voor de
pastorij hij wenkt ons Belgen zijn hier
welkom sinds Tom de klokken luidt
hij hangt in het gemeentehuis naast Sarko
en Carla die sluiks hem monstert de pastoor
nodigt ons uit in de sacristie voor
het voorgebed dat hier in Cressy zelden
weerklank vindt mijn vrouw en ik beloven
elkaar eeuwige trouw als wij de kerk
uitgaan regent het pijpenstelen en
springt zijn hondje tegen ons op.
5
In haar donkere ogen opglanzend
antraciet lees ik verbetenheid ook
twijfel drive minutieus aftasten
van mogelijkheden haar glimlach
houdt zij niet altijd vast soms glijdt die
een wijle weg in het ijle van een
oogopslag wij kennen haar verleden
haar strijd overwinning betekent
geen eeuwige roem einde van zorgen
wie wil nu anoniem zijn leven leven
zeker Greet niet die zo flamboyant zich
kan opvleien aan mensen om haar heen
en ja ik weet het al speelt zij haar deel
wie een hoge prijs heeft betaald mag
kwaliteit verwachten woorden waarmee
zij wikt afweegt haar nieuwe gasten
6
Niets is mij te min de kleine ruimte niet
van kamer op ooievaar die zich reiger
waant en onbeweeglijk de stroming afkijkt
naar visjes met de kleur van zilverpapier
zalig vertoeven aan het water dat zich
riviertje noemt veeleer dartele beek
die begin en einde verhult voor al te
nieuwsgierige blikken ik vind het leuk
horen hoe takken met het water spreken
een muzikaal taaltje met beperkte
notenbalk op de bank zitten wij uren
turen naar iets dat niet is nooit komen zal.
7
Na twee volle dagen bezinnen
woorden aftasten aan accent en
lettergrepen het gewicht ervaren
als duizend pluimpjes beslissen wij
op jacht te gaan spanning te zoeken
ver weg van het saaie ritme van
het leven nietsdoen slaafje zijn van
het lot gelaten de volgende
stap afwachten in de pas lopen
ik heb er een hekel ik wil actie
om nostalgie een neus te zetten
we lopen de gouden helling op
de boeren maken de ranken op
om goodwill van de zon af te
smeken schoonheid wenkt achter elke
bocht elke heuvel om elke hoek.
8
We zeggen vaker we komen terug
als de jonge wingerd meisje wordt
druivelaar druif ons verleidt tot
openbloeien één met de natuur
geen rang of overwicht alle en allen
gelijk in het aanschijn van de Meester
nooit hield Hij zich ledig met leugen
ook niet als de leugen Hem opsloot
in kerken kerkers Hij bleef zwijgen
toen ze vroegen te zeggen wat zij
hadden voorgezegd opgesteld in
wetten zo zou ik willen dat de
wijngaard zich in rechte lijnen ontpopt
tot moeder voor duizend monden.
9
De boer is trots op zijn koeien en de
druiven op zijn wijnstokken hij schenkt
ons een glaasje uit wij kopen een kistje
van zes wit dit overkomt hem niet
elke dag want hij fluit op zijn tien vingers
een lied van toen - toen hij op het kanaal
voer ik die dacht dat hij het hoogste
had bereikt fluit de heimwee uit zijn lijf
een traan biggelt over zijn linkerwang
de zang verstilt wij drinken een tweede glas
een derde de tongen komen los
de geest van verbroedering palmt ons in
wanneer de avond valt lichten de koeien
op als vallende sterren die in de
de koelte van de wei bekomen van hun
vrije val in Le Moulin du Gué
drinken wij door tot middernacht.
10
Aan de voet van het dorp Solutré ligt
Roche de Solutré klimgeschoeid trekken
wij de berg op over smalle paden
tussen trosjes mensen die soms
samentroepen foto’s schieten de weg versperren
een schietgebedje zeggen een
opgeschoten tiener wrikkelt met
een schepje aardklootjes los op zoek
naar restjes been van paarden uit de
prehistorie mama ziet er geen
been in en moedigt hem aan ineens
denk ik mij Mitterand recht mijn rug
kijk nors voor mij uit zweet tussen neus
en mond speur naar het punt van rendez-vous
daar boven trek ik met mijn bâton
de luxe een denkbeeldige grens tussen
spel en overspel tussen privé en
werk tussen Staat en daad de weg terug
bevestigt de weg erheen maal x.
11
Ik kan mijn ogen niet van haar afhouden
een zalig gevoel in de late herfst van
je leven de warmte voelen die gekke koeien
uitblazen als zij zichzelf in toom willen
houden haar ogen zijn ooit lang anders
geweest vraagtekens littekens van een
onverwacht gebeuren zij glimlacht haar mond
kerst zich naar mij toe ik zoen haar onze kus
houdt een ogenblik de lippen stijf zij is
de liefde van mijn leven als ik de rug van
haar hand streel komt het verleden zo dichtbij
dat ik de ogen knipper niets ben ik
vergeten niets is mij toen ontgaan ik weet
nog elk verdriet ik voel nog elke vreugde
elke weerstand reikende hand op één hand
te tellen ik zie mijn vrouw liever dan mezelf
vreemd gevoel mix van adoratie
dankbaarheid tussen deze twee liggen
alle nuances van liefhebben spijtig
ook het voorspel van hevige doodstrijd.
12
In Paray naar de basiliek geweest
erna gaan tafelen in Hotel de la
Basilique dichtbij ik zou de
volgende keer onmiddellijk kiezen
voor gastronomie kiezen is altijd
verliezen ik weet het maar het kerkje
in Berzé-la-Ville heeft mij meer beroerd
het fresco boven het altaar van een
strenge Christus die met beschuldigende
vinger op mij neerkeek ik was er kapot
van gelukkig dat ik vlug relativeer de
dingen van weleer de verhalen van
toen de dieren nog spraken de kansel
de donder preekte de zonde de erfzonde
de basiliek is mooi maar ik mis de spirit
de drive de hand die mij verleidt.
13
Leven als Bourgondiërs en het land
voorbijrijden op jacht naar de zon
van het zuiden hoor jij ook tot deze
groep? leven als een Bourgondiër
is geld noch moeite sparen om
Chablis Pouilly Côte de Nuits Nuits
St.-Georges te proeven het Hospice
de Beaune te bezoeken resten van
de prehistorie aan de rots van
Solutré indien je aan dit alles
geen aandacht besteedt wat blijft er
over van je bewering dat je leeft als
een Bourgondiër? zeg mij waarom
ben je hier nog niet geweest? omdat
je niet van kunst houdt de Westerse cultuur
van naam kent kloosters links laat
liggen schietgebedjes zegt kaarsjes
brandt om gunsten af te smeken
leven als een Bourgondiër is meer
dan in je bloot gat de zon aanroepen.
14
Eerste gesprek bij het ontbijt met
Greet en Eddy van Le Moulin du Gué
een evenwichtsoefening aftasten
van de grenzen domeinen bepalen
die elkaar overlappen blijkt niet
moeilijk open gastvrije mensen
ik monopoliseer de gesprekken
ogen van mijn vrouw spreken boekdelen
stop it pas nu wordt het een verhaal
dat perspectieven opent de gastvrouw
jong getekend moedig toekomstgericht
dynamisch de gastheer een manusje-
van-alles joviaal sportievelingen
met veel onverwacht talent niet opgeleid
voor zaal en keuken beiden met een
ijzeren wil om het goed beter best
te doen toch op een dag zullen zij weer
uitvliegen op naar nieuw leven nieuwe
uitdagingen nieuwe mensen nieuwe
avonturen het zit in de genen.
15
Ik vraag mij af wat heb ik met Tom
ik ben geen fanaat geen idolaat niet
sportief een hart voor wielersport ja
daar houdt het op vrienden kijken
verrast meewarig wat heeft Boonen
met jou gemeen de wil om de beste
te zijn? wie weet? liefdesperikelen
van Tom en Lore? Maakt niets uit
toch ben ik verrast te horen dat
Greet een boek wil schrijven over ziek zijn
ermee omgaan misschien is dat wat ons
bindt twee handen maken licht werk.
16
Rijden door wijnvelden de smaak van
druiven op je lippen je
smaakpupillen werpen zich op
als infonauten alles is
zo onwezenlijk echt dat je
gaat dromen van het paradijs
in Bourgondië rij je uren
over wijnbergen memoriseer
je rijen etiketten van
de beste wijnen en wanneer
de boer jou verwelkomt reik je
hem de hand voelt hij hoe klam
proeven is een zaligheid
even walsen zien hoe de wijn
traant langs de kelk kijken ruiken
proeven met de ogen dicht
de boer glimlacht gerust in het
oordeel kistjes worden omzichtig
in de koffer gelegd nog een
laatste glas op de terugreis.
17
Reizen om te leren reizen om
te ontsnappen aan de sleur te
zonnen lekker bruin kleurtje clichés
reizen om te eten te drinken
omdat de buren op reis gaan
en de collega’s op het werk om
je relatie te redden clichés
reizen om geen outlaw te zijn
reizen om mensen te ontmoeten
dingen te ontdekken zovele
daarommetjes om in reizen te
investeren waarom ik reis
uit liefde voor mijn vrouw die van
reizen haar hobby heeft gemaakt
samen uit samen thuis ons devies
reizen om onze liefde een boost
te geven om verliefdheid een
nieuwe kans te bieden en wat
ons telkenmale opvalt na
elke reis zien wij elkaar liever.
18
In Saint-Point aanzitten aan
de tafel van Lamartine
het klokje van de huiskapel
slaat het uur der verbeelding.
La Velouze schikt zich op
Valentine dirigeert koket
de voorbereiding op de jacht
de hoorns blazen de aanzet
de honden draaien rond hun staart
de paarden op één lijn gezet.
Madame de Noblet d'Anglure
zet de bruidsmeisjes in
zij maken jacht op jagers
laten hen lopen in het wild
met afgestreken broeken.
Tot groot jolijt van Lamartine.
19
In Lavaudieu kocht ik
een snoer van honderd kralen
dat je hals bij elke adem
honderdmaal mijn liefde voelt.
Mijn liefde wijzer dan verstand,
jij bent in elk woord in elk ding
overal een nieuwe kwelling
dit spel met jou is leven.
Leven in af-en-toe een dorp
waar men met ons deelt brood kaas
druiven oud ritueel als had
geen tijd de eeuwigheid gekruist.
Wij kruisen schapen paarden
die zich laven aan de dorpsfontein,
in de kapel een schrijn ben ik
hoofser dan een minnestreel.
20
In Brioude naar lachende
knieën kijken zij legt haar ogen
tussen de bladen van Benoîte Groult's
Les Vaisseaux du coeur heel even
kijkt zij op - haar witte dijen
laten zich niet snel lezen.
Zoomloos spant zich mijn huid op
ik wijzig de loop van mijn adem.
Onder het banier van de jacht
verblinde ruiter van de behoefte
loop ik op haar af behoedzaam
beruik ik haar tot op kniehoogte.
De jacht is open - in de verte
jagers janken tegen elkaar
als honden. Praatziek de paarden
als het gehinnik van hun ruiter.
21
Onbewoonbaar als december
dit land dat ons bekoorde,
heimwee is niet te ontkomen
zelfs in Blesle niet.
Heimelijk schrijf ik jou,
de avond ademt zwaar en
de krekels verliezen stem.
Ik ween in de eerste persoon
en mijn huid wordt wit.
De leeswijzer een palmtakje
op mijn nachttafel Eco.
De stilte, de grote rust
die komt als zij overbodig is.
In een onverhoeds duel
kuit tegen kuit rug tegen rug
bereik ik het hoogtepunt.
22
In La Chaise-Dieu in portieken
en om de hoeken godsdienstig
besluipen wij de liefde,
wij maken kleine geluiden,
drinken ice-tea au citron.
De zon kruipt over ons heen,
beneemt ons de adem als wij
stijgen naar La Casa Deï.
Wij rusten er met de dieren,
warm nestelt zich de wijn
in de roes van ons verhaal.
In het gastenboek schrijf ik
de initialen van je naam,
de bruine glimlach van je ogen,
de goede geur van je oksels,
de merknaam van je huid.
23
Haar avontuurlijke geest sterker
dan haar angsten haar bijgeloof
over de gevaren van water
bruggen stuwdam zij duwt de deur open
van reisbureaus met een ijver en
een regelmaat kenmerkend voor
grote rituelen voor haar is
het gras altijd groener aan de overkant
van de heuvel wij betreden samen
onbetreden paden heidense
kerken plaatsen waar de duivel
de armen ten hemel heft heerlijke
opluchting stroomt door ons lichaam
onze wangen ogen voelen heet aan
samen reizen is de magie
dag na dag in een greep houden.
24
Onder de groene dekens rust vinden
het megabed delen met zo weinig
liggen wij door heggen van elkaar
met af en toe een kudde stille koeien
druiven helpen plukken met de buur
dit is leven als God in Frankrijk
feestvieren met het dorp bij nieuw leven
op bruiloft bij dood als de nood
groot is alle hens aan dek koeien
helpen kalveren vrouwen helpen
persen het leven leiden zoals zij
het doen bij nacht en ontij.
Thierry Deleu
Eindredactie: Thierry Deleu
Redactie: Eddy Bonte, Hugo Brutin, Georges de Courmayeur, Francis Cromphout, Jenny Dejager, Peter Deleu, Marleen De Smet, Joris Dewolf, Fernand Florizoone, Guy van Hoof, Joris Iven, Paul van Leeuwenkamp, Monika Macken, Ruud Poppelaars, Hannie Rouweler, Inge de Schuyter, Inge Vancauwenberghe, Jan Van Loy, Dirk Vekemans
Stichtingsdatum: 1 februari 2007
"VERBA VOLANT, SCRIPTA MANENT!"
"Niet-gesubsidieerde auteurs" met soms "grote(ere) kwaliteiten" komen in het literair landschap te weinig aan bod of worden er niet aangezien als volwaardige spelers. Daar zij geen of weinig aandacht krijgen van critici, recensenten en andere scribenten, komen zij ook niet in the picture bij de bibliothecarissen. De Overheid sluit deze auteurs systematisch uit van subsidiëring, aanmoediging en werkbeurzen, omdat zij (nog) niet uitgaven (uitgeven) bij een "grote" uitgeverij, als zodanig erkend.
Stichtingsdatum: 1 februari 2007
"VERBA VOLANT, SCRIPTA MANENT!"
"Niet-gesubsidieerde auteurs" met soms "grote(ere) kwaliteiten" komen in het literair landschap te weinig aan bod of worden er niet aangezien als volwaardige spelers. Daar zij geen of weinig aandacht krijgen van critici, recensenten en andere scribenten, komen zij ook niet in the picture bij de bibliothecarissen. De Overheid sluit deze auteurs systematisch uit van subsidiëring, aanmoediging en werkbeurzen, omdat zij (nog) niet uitgaven (uitgeven) bij een "grote" uitgeverij, als zodanig erkend.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten