Eindredactie: Thierry Deleu
Redactie: Eddy Bonte, Hugo Brutin, Georges de Courmayeur, Francis Cromphout, Jenny Dejager, Peter Deleu, Marleen De Smet, Joris Dewolf, Fernand Florizoone, Guy van Hoof, Joris Iven, Paul van Leeuwenkamp, Monika Macken, Ruud Poppelaars, Hannie Rouweler, Inge de Schuyter, Inge Vancauwenberghe, Jan Van Loy, Dirk Vekemans

Stichtingsdatum: 1 februari 2007


"VERBA VOLANT, SCRIPTA MANENT!"

"Niet-gesubsidieerde auteurs" met soms "grote(ere) kwaliteiten" komen in het literair landschap te weinig aan bod of worden er niet aangezien als volwaardige spelers. Daar zij geen of weinig aandacht krijgen van critici, recensenten en andere scribenten, komen zij ook niet in the picture bij de bibliothecarissen. De Overheid sluit deze auteurs systematisch uit van subsidiëring, aanmoediging en werkbeurzen, omdat zij (nog) niet uitgaven (uitgeven) bij een "grote" uitgeverij, als zodanig erkend.

13 januari 2009

Jezus

Jezus had twee zonen. Zijn oudste, de 9-jarige Jezus (niet ongewoon), werd vanaf 46 opgevoed in Caesarea. In 49, op zijn twaalfde, onderging hij zijn “tweede geboorte” in de Provence. Lees: een symbolische hergeboorte.
Zijn oom Jacobus (Jozef van Arimatea) woonde de plechtigheid bioj. Hij nam later zijn neef mee naar West-Engeland.

In 53 werd Jezus jr. in de synagoge van Korinthe benoemd tot kroonprins in de Orde van David. Hij kreeg de titel “Justus”, de rechtvaardige.
Toen hij zestien was, werd Jezus Justus ook hoofd van de Nazareners. Hij droeg van toen af het zwarte gewaad van die positie zoals ook de priesters van Isis die droegen.

In 60 keerde Paulus terug uit Jeruzalem. Hij werd beschuldigd van medeplichtigheid bij moord, gepleegd door de stadhouder. Die laatste stond terecht voor keizer Nero in Rome. Ook Paulus werd opgesloten. Nero nam het hem kwalijk dat hij connecties had met Herodes Agrippa II, die door Nero werd gehaat. In die tijd verbleef ook Jezus Justus in Rome.

Ongeveer diezelfde tijd beëindigde Justus’ jongere broer, Jozef, zijn opleiding aan het Engelse druïdencollege en ging daarna bij zijn moeder, Maria Magdalena, wonen in Zuid-Gallië . Jacobus, de oom van Jozef en
Justus, die in 62 voorgoed uit Jeruzalem werd verjaagd, voegde zich bij hen. Zijn Nazareners werden vervolgd door de Romeinen. Bovendien klaagde het sanhedrin zijn illegale leer aan. De man die ooit een “eerboedwaardig raadslid” van dat sanhedrin was geweest en de potentiële Messias van de Joden, maakte een diepe maatschappelijke en religieuze val.
Toen hij zijn spirituele geloofwaardigheid was verloren, nam Jacobus zijn erfelijke titel, Jozef van Arimatea, weer aan.
Petrus wilde zich distanciëren van de Paulus-sekte, die toen bekend stond als de sekte van de “christenen”. Het mocht niet helpen en zowel Petrus als Paulus werden door Nero terechtgesteld. Voordat hij stierf, slaagde Paulus erin om Timoteus te berichten dat Jezus Christus nog in leven was. Christus zou gestorven zijn in Srinagar, in Kashmir. In 60 was hij nog naar Rome gekomen via Kreta en Malta. Daarna was hij de apostel Thomas gevolgd naar India.

In 65 vertrokken de meeste Nazareners uit Jeruzalem. Simon de Zeloot bracht hen naar Mesopotamië. Talrijke groepen ontvluchtten het Heilige Land eveneens richting Syrië en Turkije.

Nero’s vervolgingen zorgden voor aanzienlijke politieke spanningen. In 66 braken er in Caesarea gevechten uit tussen Zeloten en Romeinen. Ook in Jeruzalem werd er gevochten. Een groot Romeins leger, onder het bevel van Flavius Titus, verwoestte in 70 Jeruzalem. De stad zou zes decennia een lege ruïne blijven.
De Romeinen verbrandden alle openebare en vele privé geschriften over de genealogie van Jezus en zijn familie. Enkele mensen beschikten over privé gegevens omdat ze namen uit hun hoofd hadden geleerd of van kopieën hadden overgenomen. Die koninklijke erflaters werden door historici de “Desposyni” genoemd (zij die erven van of behoren tot de Meester). Tijdens de eerste eeuwen van onze jaartelling werden zij vervolgd door de Romeinen en later door de Kerk van Rome. De waarheid over die inquisitie werd verborgen gehouden. De mythologie en de traditie zijn echter wel overgeleverd door middel van het verhaal over de Graal, de Arthurromans, de troubadours, de esoterische kunst en de verering van Maria Magdalena. De ‘Heilige Graal” is nog altijd de relikwie van de “Zoektocht”.
Dat alles werd (wordt) echter door de Kerk van Rome als ketterij bestempeld. Deze “Zoektocht” vormt voor de Kerk een bedreiging, omdat zij uit opportunisme de Messiaanse successie heeft opgeofferd aan een zelf verzonnen alternatief.

Joris
Bron: www.paracon.be

Geen opmerkingen: