Eindredactie: Thierry Deleu
Redactie: Eddy Bonte, Hugo Brutin, Georges de Courmayeur, Francis Cromphout, Jenny Dejager, Peter Deleu, Marleen De Smet, Joris Dewolf, Fernand Florizoone, Guy van Hoof, Joris Iven, Paul van Leeuwenkamp, Monika Macken, Ruud Poppelaars, Hannie Rouweler, Inge de Schuyter, Inge Vancauwenberghe, Jan Van Loy, Dirk Vekemans

Stichtingsdatum: 1 februari 2007


"VERBA VOLANT, SCRIPTA MANENT!"

"Niet-gesubsidieerde auteurs" met soms "grote(ere) kwaliteiten" komen in het literair landschap te weinig aan bod of worden er niet aangezien als volwaardige spelers. Daar zij geen of weinig aandacht krijgen van critici, recensenten en andere scribenten, komen zij ook niet in the picture bij de bibliothecarissen. De Overheid sluit deze auteurs systematisch uit van subsidiëring, aanmoediging en werkbeurzen, omdat zij (nog) niet uitgaven (uitgeven) bij een "grote" uitgeverij, als zodanig erkend.

30 augustus 2012

Gastdichter Claude Aendenboom (einde reeks)


Claude Aendenboom

3 jaar Latijn-Griekse HEMACO Dendermonde.
Middenjury behaald in 1986.
Van 1992 tot 2012: Open Universiteit Gent: Psychologie en Filosofie en enkele cursussen Kunstgeschiedenis en Literatuur.
Sinds enkele tijd: zelfstudie vreemde talen o.a. Arabisch.














BRON VAN RUST

De rosse weerwolfmaan
bescheen die winternacht
het koperen Christuskruis
feller dan ik had verwacht.

Ik riep om haar, krijsend
uit alle macht. Met een
olielamp kwam zij kijken
naar mijn jammerklacht
wiegde mij in haar armen
zong slaap kindje zacht
terwijl ze wees naar de
sterren met al hun pracht.

Wat was zij aardig en lief.
Daar heb ik vele jaren later
nog vaak aan teruggedacht.

Vooral nu ze met een
koperen Christuskruis
wordt weggebracht.

Of teruggebracht...
naar een bron van rust?

Weer word ik door
haar gesust!


CECI N'EST PAS UN POEME

Ik leefde in de 16de eeuw
in 'n dorp, als arme dichter
zag zwarte sneeuw maar
mijn fantasie maakte mijn
zorgen een beetje lichter.

Voorzichtig publiceerde
ik m'n eerste gedichten
maar die vielen niet in
goede aarde, waren
volgens de pastoor
zeer kwaadaardig.

Zo kwam er zelfs een
kruisverhoor waarbij ik
werd veroordeeld.

Ik was bang voor de
criminelen in de cel
de ratten waren m'n
enige vrienden in die
lange donkere hel.

Tot ik een brief kreeg
van de koning die mijn
dichtwerk had gelezen
het zelfs had geprezen.

Ik werd dus hofdichter!
Leve het Opperwezen!
Dat Hij nog lang onze
babysitter mag wezen.

En de sneeuw... die
wordt alsmaar witter.

Omdat ik nu door de
elite word gelezen.


HANDIGE PARABEL

Er was eens een bedelaar
en een prins wiens wegen
elkaar kruisten, de ene zat
op het drukke marktplein
met zijn hand open, de
andere hield stevig zijn
geldbuidel vast.

Maar toen de prins hem
daar zag zitten ging hij plots
te rade bij deze mysticus
in de hoop een antwoord te
krijgen op z'n grote vraag:
Waarom ben jij gelukkiger
dan mij, arme man?

De wijze antwoordde: mijn hand
heeft nog veel tegoed omdat
ik hem open mag houden, jij
daarentegen houdt al je rijkdom
angstvallig vast en zo zal je ooit
eens kramp in je hand krijgen.
                                     
Je kan dus nog alles verliezen
daarom ben ik gelukkiger!

Maar weet je wat? Laat al de
goudstukken die je nu bij je hebt
vallen in mijn hand, dan keren
we de rollen eens om.

Zo keerde de prins weer naar zijn
paleis en zou voortaan iedereen
laten delen in zijn rijkdom!

En op het marktplein bouwde
men wat later een heiligdom.


DE ZEDIGE NICHT

Huppelend op roze mocassins
fluitend z'n schatje tegemoet
hoopt hij op een nieuw begin.
                                     
En hij heeft 'n leuke snoet maar
is zich wel heel bewust van het
moralistische burgerstadje dat
vindt dat hij boeten moet in de
hel van hun godsdienstwaanzin.

Maar wie eens goed kijkt naar
de huidige paus ziet echt de
fanatiekste nicht van 't Vaticaan.
En de katholieke kliek zwijgt als
‘n graf over dit goddeloos bestaan.
Ze staan immers bloot...
aan veel kritiek.

Ieder huisje draagt zijn kruisje!

Maar zal hun machtsorgaan
nog overeind staan?


MY OLD MAN

Na een lange lastige
zwerftocht heb je het
schimmenrijk opgezocht
nadat je één of andere
Melkweg had bezocht,
kijken of je daar leven
mocht, want je ziel
had jij bijna aan de
duivel verkocht.

Vlak voor je laatste
ademtocht was je nog
aan het opscheppen
over je goede afkomst
en je sexappeal waar
elk meisje voor flauwviel,
ze waren allen aan je
charmes verknocht.

En soms was je een
echte imbeciel maar een
beetje respect voor je
achterdocht in ruil voor
wat hartstocht vond
jij een prima deal.
Ik hoop van harte dat
het leven je wat beviel.

Want voor mij was je
uitvinder van het wiel!


IN THE YEAR 2525

In het jaar 2525 zullen de
ruimtevaarders met vliegende
steden door de kosmos reizen
zullen de reglementen van de
wereldleiders ons verstikken
omdat zuurstof te koop zal
zijn aan te dure olieprijzen.

Karavaans van alle rassen
zullen in de woestijnen van
onbekende planeten dorsten
naar nog méér land omdat
Lucifer de mensen alweer
fata morgana's voorspiegelt.
En als U in 2525 dit gedicht
ergens in het heelal ontmoet
weet dan dat de dichter U
anno 2011 vanop Aarde groet.
                           
En weet: het gaat hier niet
zo goed maar ik ben getroost
omdat u het niet beter doet!

Want al klinkt dit gedicht
dan als één of ander
Oud-Vlaams dialect.
                                     
' t Is dat ik waarzeg...



HET RAD VAN FORTUIN

Ik leefde in de 16de eeuw
in een dorp, als arme dichter
zag er zwarte sneeuw maar
mijn fantasie maakte mijn
zorgen heel wat lichter.
Was wat schichtig voor
de Vlaamse leeuw, die
was immers kortzichtig.

Voorzichtig publiceerde
ik mijn eerste gedichten
maar die vielen niet in
goede aarde, waren
volgens de pastoor
zelfs zeer kwaadaardig.

Er kwam vervolgens een
kruisverhoor waardoor
ik werd veroordeeld
tot levenslang.
Ik was bang voor de
crimineel in de cel
het was een kat en
muis spel.

Tot ik een brief kreeg
van de koning die mijn
dichtwerk had gelezen
het had geprezen.

Ik werd plots hofdichter


MIJN VRIEND JAN

M'n vriend Jan is terminaal
en een kunstschilder wiens
aquarellen menigmaal in
respectabele musea hingen.

Hij wist ook te voorspellen
dat ik snel zou genezen,
we waren vrijgezellen die
naar erkenning streefden.

We deden om 't gekst
hadden allebei complexen
maar hebben elkaar de
hemel ingeprezen toen
we elkaar hadden ontdekt.

Nu zijn we vrienden voor
het leven en blijf ik hem
tot de dood vergezellen.
Daarna maak ik hem groot!

Door zijn kunst in mijn
gedichten tentoon te stelle


ZEEMEEUWEN

Het liefst
loop ik alleen
naar de schepen te kijken
in de mist en de regen
geen geklets om me heen
mensen wil ik mijden.

Liever
hoor ik de zeemeeuwen
die neerstrijken
op het strand, gemeen
met elkaar bakkeleien
om de stukjes brood
uit mijn hand.

En ook zij
schijten soms op mij.

Maar zien mij tenminste
als hun soortgenoot.

En niet als de één
of andere psychoot.


REBEL WITHOUT A CAUSE

Vervreemd van mezelf
en de mensheid, was ik
een mooiprater al had ik
geen gesprekspartner meer.

Ik was een mensenhater die
de maximumsnelheid op de
levensweg overschreed, ook
al trok mijn psychiater aan de
handrem, ik speelde theater
met af en toe een hulpkreet.

Daarom was ik een vroege
schoolverlater die al gauw
aan bandeloosheid leed.

Maar de krater van mijn
boosheid is met de jaren
versteend door het geklater
van de fontein in het park die
mij telkens weer inspireert
tot dichterlijke relativiteit.

Nu met het geschater van
kinderen in mijn nabijheid.

En tussen de bladeren
van de eik zit een oehoe.

Terwijl ik voortaan water
bij m'n klare wijn doe.


Claude Aendenboom

Geen opmerkingen: