Affiniteiten?
Is er
enige verwantschap tussen dichter Fernand Florizoone en dichter/schrijver
Thierry Deleu? In se een moeilijke vraag. Bovendien is onze vriendschap
enerzijds een gevierde subjectiviteit en anderzijds een obstakel voor
objectiviteit.
Wij
houden beiden van de Westhoek en de Westkust. Deze beide natuurlijke biotopen
komen uitgebreid aan bod in onze poëzie. Dit is een eerste raakpunt. Er is
echter een duidelijk verschil in aanwending. Bij Florizoone is de natuur vaakst
het onderwerp, bij mij is zij meer het decorum. In het landschap voelen beiden
zich thuis. Bij mij is het echter niet zomaar een landschap, maar een waar
fantasie en erotiek hand in hand gaan, een paradijselijk oord, waar de spoken
van het verleden onschadelijk worden gemaakt. Het landschap is voor mij een
uitdrukking van emoties, het roept een irreële wereld op.
Beiden
ervaren wij de natuur als een amalgaam van goed en kwaad. We vinden er rust en
evenwicht, maar ook eenzaamheid en vijandigheid. Bij mij is de natuur getuige
of medespeler, vaak ook medeplichtige, bondgenoot. De natuur blijft in mijn
poëzie op de achtergrond aanwezig. In de natuur ontmoet ik mezelf, het
vertrouwde beeld, het begrip, een stilzwijgende vriend op wie ik kan rekenen.
Schrijven is voor mij een vorm van therapeutische bezigheid, een uitweg.
Geldt
dit laatste ook voor een deel voor Fernand Florizoone, dan nog is de therapie
niet zo uitdrukkelijk aanwezig.
De
charmes van de Westhoek zingt Florizoone uit, hij houdt van de oogvullende
wijdte van de zee, hij doet ons kijken en luisteren naar de vogels. Bomen
hebben gevoelens. Mensen houden contact. Woorden gaan bij elkaar schuilen. Samen
voelen zij elkaar aan: ze zijn alle verwant aan de natuur. Wonderlijk is het
hoe je voelt hoe de natuur groeit, hoe groot de impact van het Onnoembare is in
mensen en dingen.
Beiden zijn wij ook sterk
kosmosgevoelige mensen. Florizoone is bovendien een gelovig man. In de natuur zoekt
hij naar antwoorden op vragen waarop hij weinig antwoord vindt: omzichtig
laveert hij tussen twijfel en aanvaarding, tussen onzekerheid en geloof, tussen
wat van God is en wat van de mensen.
Voor wat de vorm betreft zijn wij
totaal verschillend. Ik rijg de woorden aan elkaar en huppel over de verzen
heen. Florizoone heeft onmiskenbaar veel talent voor poëtische verwoording. Hij
kiest vaak voor een losse opbouw en gaat zuinig om met het aantal woorden. Hij
is niet, zoals ik, een narratieve poëet, maar veeleer een milde, suggestieve
dichter.
Thierry Deleu
Geen opmerkingen:
Een reactie posten