Pessoa
in O Brasileira
‘doe
ze nog eens vol
want het leven
is leeg,’
schreef Fernando
Pessoa
in O Brasileira
hij droeg een
deukhoed,
een
zwartgrijze gabardine,
en aan zijn
duim de sporen
van een
grootboek
de Taag
beneden de heuvels
van zijn
geliefde Lisboa
corrigeerde
verfrommelde
bladzijden uit het
logboek
van de
tijd
lezend in Pessoa denkt men
aan het kleine
Versailles in Queluz
waar een
grijnzende koning
puinhopen van
burchten en paleizen
liet schilderen
op het ovaal
van zijn
audiëntiekamer
men vermijdt
de gespleten tegels
van een
kloosterkerk
hoog in het
Noorden
waar de
goudverf bladdert
van de kalken
beelden
men hoort zijn
bronzen schaduw
wijds gebarend
praten
met het
niets
elke morgen
komt te laat
in het
Portugal van Pessoa
de Taag zuigt
traag en vaardig
beroete boten van
de oceaan:
een besmette
hoer verlost
een
levensmoede dwaalgeest
van overbodig
zaad
één
kolonie blijft over:
‘soy apenas’, ik ben
nauwelijks
een verlangen
om te slapen – ga kijken:
er valt
nauwelijks licht in zijn kantorenstraat
Staf De Wilde
Geen opmerkingen:
Een reactie posten