complainte voor Christina
- bij het rooien van een bos -
dit is een dag voor dekens
om te schuilen onder wol
maar de bomen dansen
in wind en regen: hoe
houden zij het vol
ik denk nu aan jouw elzen
aan de bonte schaduw
van jouw notelaars
heel dat bos van zeven
honderd bomen
waaraan je heel een leven
hebt besteed, waarvan
je zo hebt genoten
en nu de blote bijlen
ze hebben een opdracht
en de dichters schrijven
hun vergeefse klacht
ik zie nu na een stortvlaag
de rivier verkleuren
roder wordt hij
als van schaamte
terwijl de moerbei
staat te treuren
en wij lezen wat daarboven
bedacht is en beraamd:
de kaalslag, het moeras
wanneer de rivier zal overstromen
wie zou het later dan geloven
dat daar ooit een moerbei was
dat daar ooit een schaduw
heeft gelegen ruisend
als een zomerkleed
één troost is ons gebleven:
we hebben niet gezwegen
al deert het wat je weet
we hebben het geschreven
Staf De Wilde
Geen opmerkingen:
Een reactie posten