Herdenking kamp Ravensbruck (II)
Het was de dag dat je zei, eens zullen we sterven
andere sterren dan deze gele uitdragen
als deze ogen voor eeuwig, net als andere jassen, sluiten.
Voor onszelf hun vijandigheid niet meer van belang is.
Zo nuchter als de heilige nacht ons zal wenken
bedenken we dan opnieuw dat ze niet beter wisten
zich massaal vergisten. Kijk, ze hebben ook handen,
gewoon ogen, wenkbrauwen als bogen net als wij.
De hemel heeft me beloofd dat voor elk geroofd kind
het firnament voor ’t stoffelijke een beminde
zonnestraal en ster teruggeeft.
Een ademstoot herbeleefd in de mond
van een ander op de tocht in leven laat ontluiken.
Ik zag je gisteren ook het prikkeldraad al naderen
in het licht van de maan
kom gerust stevig, weg van die mensenslachters,
naast me staan.
Zie het wit van mijn ogen lijkt ook woestijnzand.
Ellende is een bleek gezicht, wij, hand in hand
donzen duiven met opgeheven hoofd.
Annemieke Steenbergen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten