Eindredactie: Thierry Deleu
Redactie: Eddy Bonte, Hugo Brutin, Georges de Courmayeur, Francis Cromphout, Jenny Dejager, Peter Deleu, Marleen De Smet, Joris Dewolf, Fernand Florizoone, Guy van Hoof, Joris Iven, Paul van Leeuwenkamp, Monika Macken, Ruud Poppelaars, Hannie Rouweler, Inge de Schuyter, Inge Vancauwenberghe, Jan Van Loy, Dirk Vekemans

Stichtingsdatum: 1 februari 2007


"VERBA VOLANT, SCRIPTA MANENT!"

"Niet-gesubsidieerde auteurs" met soms "grote(ere) kwaliteiten" komen in het literair landschap te weinig aan bod of worden er niet aangezien als volwaardige spelers. Daar zij geen of weinig aandacht krijgen van critici, recensenten en andere scribenten, komen zij ook niet in the picture bij de bibliothecarissen. De Overheid sluit deze auteurs systematisch uit van subsidiëring, aanmoediging en werkbeurzen, omdat zij (nog) niet uitgaven (uitgeven) bij een "grote" uitgeverij, als zodanig erkend.

11 oktober 2007

Thierry's webcolumn

Kunst en engagement

Nog altijd is er echter een publiek dat de beeldende kunstenaar wenst te zien als de exponent van de romantiek: de kunstenaar die zich buiten de wet plaatst, die zich niet kan of wil schikken naar de normen die het sociaal verkeer oplegt. Deze opvatting werd door de artiest in de hand gewerkt.
De kunstenaar van vandaag is de sociale gelijke van de mensen die hem omringen: hij staat niet meer buiten de maatschappij maar is er door osmose in opgenomen. Verzamelaars en intellectuelen ervaren het als een voorrecht de kunstenaar te kennen. Niet als een curiosum, zoals vroeger, maar als een "interlocuteur valable".
Een kunstenaar blijft anders dan de gewone mens. Door zijn talent. Het talent dat hem toelaat uit te drukken wat er in zijn hart en geest omgaat. Een hart en een geest die subtieler zijn afgestemd op de gebeurtenissen die in ons leven een diepe indruk nalaten. Weinig mensen leven bewust; op een manier dat ieder ogenblik in hun bestaan een vol ogenblik is. Geladen met vreugde of angst, droefheid of blijdschap, liefde of haat, teleurstelling of hoop. Ieder van ons kent deze gevoelens. Hoeveel zijn er die ze ook bewust beleven? Met al hun zenuwen? En nochtans gaat het hier om persoonlijke ervaringen. Hoe intens-bewust ondergaan wij de gevoelens van anderen? Hoeveel zijn er echt geschokt door de aanslepende oorlog in Irak, om bij een actueel onderwerp te blijven, door de armoede, het vluchtelingenprobleem, de miserie van de verdrukte bevolkingsgroepen?
Wie wordt beroerd door de miserie van anderen? Enkel wanneer wij zelf in verdrukking komen, reageren wij fors en eisen onvoorwaardelijke hulp.
Ik meen dat de kunstenaar - ook voor de situatie waarin anderen verkeren - gevoeliger is dan de meeste mensen. Ik denk aan Goya die kordaat en hartstochtelijk een standpunt kiest in de sociale conflicten van zijn tijd. Ik denk aan Picasso die met zijn “Guernica” het leed van een vrijheidslievend volk vertolkt.
Later zal, onder impuls van de ontvoogding van de arbeider, de kunstenaar zijn zin voor realisme omzetten in taferelen waarin de menselijke nood het altijd terugkomend thema wordt. Ook Permeke heeft op dramatische wijze deze nood in zijn werk binnengeleid. De boer in de tragiek van zijn dagelijkse labeur. Verpauperd, verbitterd, ontdaan van alle menselijke waardigheid.
Bij andere kunstenaars is het de angst waarmee zij afrekenen. De angst om het verlies van het leven.
Het werk van Bacon is een typisch voorbeeld van de probleemkunst van deze tijd. Figuratief en toch zo ver van de fotografische werkelijkheid. Zijn werk onthult een tragische visie op de eenzaamheid en de angst. De mens verschijnt er als een eenling en een gefolterde, doordrongen van wanhoop. Zijn figuren lijden aan een hallucinante incapaciteit om met elkaar in contact te komen of om zich verstaanbaar te maken in de wereld die hen omringt.
Dit zijn voorbeelden van kunstenaars die de menselijke nood in hun werk uitbeelden. Als strijdmiddel tegen de verdrukking van de onmondige. Zij hebben hun ziel of die van anderen willen tonen om de gemeenschap duidelijk te wijzen op de problemen van de tijd. Tot schande van ieder van ons die uit gemakzucht of uit angst deze problemen uit de weg gaan.
Kunst moet een exponent zijn van het vrije denken. Ik ben het er volkomen mee eens. De kunstenaar kan evenwel niet ontsnappen aan de tijdsomstandigheden of het politiek, economisch, filosofisch of godsdienstig systeem waarin hij werkt. Zolang hij zich niet (of zo weinig mogelijk) aan dit systeem verkoopt en "in opdracht" ervan creëert, komt zijn vrije denken niet in de verdrukking.
Kunstenaars kunnen bij uitstek op een geëngageerde en bewustmakende wijze een avant-garde rol spelen: als voorzieners in de maatschappelijke en artistieke wereld.
Kunst is meer dan alleen een verheven smaak van weinigen, meer ook dan alleen versiering, hoe belangrijk en waardevol dat dit op zichzelf ook kan zijn. Kunst is vooral ook een eigen vorm van communicatie met anderen en met de wereld om ons heen, waarin meer en andere ervaringen kunnen worden opgedaan en uitgedrukt dan met intellectuele middelen mogelijk is. "Guernica" laat ons de Spaanse burgeroorlog beter beleven dan drie verhandelingen daarover.

De (beeldende) kunstenaar voelt zich lotsverbonden met de mensheid. Dood, ziekte, honger, ellende, eenzaamheid, verdrukking zijn ook in onze tijd het harde materiaal waarmee de mens zich moet meten. De kunstenaar, vol attentie voor het menselijke, vindt in die situatie zijn inspiratie. Hij vertolkt het wel en wee van die strijd en getuigt.
In zijn werk is de tijdsgeest hoorbaar als één langgerekte zucht, of beter, als een schreeuw. De schreeuw van de verdrukte mens in een wereld die steeds minder menselijk wordt. Kunstenaars geven uitdrukking aan... verdrukking.
Het debat over de verhouding tussen kunst, cultuur, overheid en het bedrijfsleven duurt al bijna tien jaar en het ziet er niet naar uit dat, in deze tijd van teruglopende welvaart en gigantische staatsschuld, de discussie de komende tien jaar uit de lucht zal zijn. “Kan Kunst de wereld redden?" Een vraag die de wenkbrauwen doet fronsen. De vraag kan welbeschouwd beter luiden: “Kan het geld de Kunst redden?" Hierop luidt het antwoord: neen! Geld kan kunst kopen maar niet maken. Geld regeert de wereld, niet de kunst.

Thierry Deleu

Geen opmerkingen: