Eindredactie: Thierry Deleu
Redactie: Eddy Bonte, Hugo Brutin, Georges de Courmayeur, Francis Cromphout, Jenny Dejager, Peter Deleu, Marleen De Smet, Joris Dewolf, Fernand Florizoone, Guy van Hoof, Joris Iven, Paul van Leeuwenkamp, Monika Macken, Ruud Poppelaars, Hannie Rouweler, Inge de Schuyter, Inge Vancauwenberghe, Jan Van Loy, Dirk Vekemans

Stichtingsdatum: 1 februari 2007


"VERBA VOLANT, SCRIPTA MANENT!"

"Niet-gesubsidieerde auteurs" met soms "grote(ere) kwaliteiten" komen in het literair landschap te weinig aan bod of worden er niet aangezien als volwaardige spelers. Daar zij geen of weinig aandacht krijgen van critici, recensenten en andere scribenten, komen zij ook niet in the picture bij de bibliothecarissen. De Overheid sluit deze auteurs systematisch uit van subsidiëring, aanmoediging en werkbeurzen, omdat zij (nog) niet uitgaven (uitgeven) bij een "grote" uitgeverij, als zodanig erkend.

13 maart 2007

Thierry's webcolumn

De leugen regeert de wereld (3)

De media schuwden na 11 september de grote woorden niet: “Dit was een aanval op het hart van onze Westerse beschaving. Dit kon niet ongestraft blijven. We zouden terug slaan.” In heel het Westen maakten de media ons rijp voor de “Oorlog tegen de Terreur”. De politiek was zich bewust van het belang van de media. Ze schakelde overal waar het kon de media in voor hun eigen agenda's.

Een journalistieke wet wil dat de aandacht voor een ramp wordt bepaald door het aantal slachtoffers gedeeld door de afstand. Afstand is niet alleen de fysieke afstand tussen ons en de slachtoffers, maar ook de psychologische afstand. Het verlies van een naaste doet nu eenmaal meer pijn dan de dood van een onbekende in een ver land.
Die journalistieke wet plus de politieke lotsverbondenheid en culturele verwantschap tussen Europa en Amerika maakten dat 11 september 2001 op ons netvlies gegrift blijft. Die dag stortten drie gekaapte vliegtuigen zich op gebouwen in New York en Washington. De beelden van de instortende Twin Towers gingen “life” de wereld rond. Ondanks het feit dat we op CNN bijna geen dode New Yorker te zien kregen, leefden we van minuut tot minuut met de getroffen Amerikaanse stadsbewoners mee.

Laten we even een “evaluatie” maken van de “grote woorden-politiek”.
Elke dag sterven er wereldwijd naar schatting 36.000 kinderen door honger en ondervoeding. Elke dag worden bloedige maar vergeten (burger)oorlogen uitgevochten in landen zoals in Congo (onze ex-kolonie). In Centraal‑Afrika alleen al vielen de jongste jaren meer dan drie miljoen doden, maar voor hen laten we onze slaap niet. De tv brengt er nauwelijks beelden van. De Congolese “lijken” lijken ook zo ver van hier. Hun dood is voor onze beschaving geen enkele bedreiging. Naar Congo gaan we niet werken of zonnen en de moordenaars die ginder actief zijn, werken voor de lokale slachtmarkt.

Vraag is wie bepaalt voor welke gebeurtenissen de formule van de extra-nieuwsuitzending wordt toegepast? Voor aardbevingen verder weg of overstromingen is er geen sprake van breaking news.

Een ander voorbeeld is Vietnam. In de jaren ‘60 werd heftig gedemonstreerd tegen de Vietnamoorlog; de media bleven echter voorzichtig om het Witte Huis niet te shocken. De oorlog duurde wel jaren en vaak hoor je nu dat de Amerikanen de Vietnamoorlog op de tv verloren hebben. Dat zou hun geen tweede keer overkomen. Denk aan de eerste Golfoorlog. Dat was er al één van enorme censuur. Ook van de oorlog in Afghanistan kregen we nauwelijks iets te zien.

De terroristen die op 11 september toesloegen, wisten echter maar al te goed hoe zij de Westerse media moesten bespelen. De aanslag werd live door CNN uitgezonden en de terroristen lieten de vijandelijke media opdraaien voor de kosten van hun mondiale propaganda. Bovendien maakten zij de Amerikanen belachelijk door hun aanslag te ensceneren als een panoranmisch spektakel. Door 's morgens toe te slaan zorgden zij ook nog voor een dagvullend tv‑prograrnma.
De standpunten van de vredesbeweging(en) moest je in het begin zoeken op Internet of in “Solidair” (links weekblad).. Toegegeven dat later ook “De Morgen” op de voorpagina erop wees dat de “vredelievende” standpunten in de media niet aan bod kwamen. Of toch té weinig. “De Morgen” had het wel over de Amerikaanse vredesbeweging.
Het viel overigens ook op hoeveel buitenlandse kopij er in onze kranten kwam, waardoor wij een buitenlandse bril opgezet kregen.

Wat is goed verkopend nieuws? Het belangrijkste criterium is dat de klant het nieuws weet te waarderen. Met als gevolg dat bestaande gevoelens van onbegrip jegens andere bevolkingsgroepen extra in de verf worden gezet. Of niet soms?
We worden ook overstelpt met “goed verkopende” berichten en programma’s over biologische en chemische wapens. Werd jaren geleden al niet het kapen van vliegtuigen in de hand gewerkt door de sensatieberichtgeving erover? Daardoor konden kapers zich wereldwijd in het nieuws werken. Vliegtuigkapers voerden via de tv “raids” uit op ons bewustzijn. De zelfmoordpiloten van 11 september deden net hetzelfde. De terroristen weten sinds Vietnam dat je de televisie nodig hebt, als je de hele Westerse beschaving wilt raken.

De media hebben na de aanslagen van 11 september de oorlogslogica even hard ondersteund als de militairen. Ze lieten allemaal dezelfde klok horen: de aanslagen waren een aanval op het Vrije Westen en dus moest het hele Vrije Westen terugslaan.

Vermits de kijkcijfers de reclame‑inkomsten bepalen wordt “spannend nieuws” (over oorlog, terreur en andere rampen) haast levensnoodzakelijk voor commerciële omroepen die zich in nieuwsvoorziening specialiseren. CNN bloeide op dankzij terreur en oorlog. Zou de zender er dan niet alles aan doen om de oorlogstoestand zo lang mogelijk te rekken?
En er is niet enkel CNN. Over heel de wereld namen omroepen elementen van CNN over. Zelfs regionale zenders spiegelden zich aan de omroep.
Ook het (gecommercialiseerde) Arabische Al Jazeera is in het zelfde bedje ziek als CNN. Al Jazeera haalt heel controversiële figuren (fundarnentalisten, oorlogsstokers ... ) in de studio.

Conclusies.
1. Een eerste conclusie is dat kritische stemmen het vooral meteen na de aanslagen moeilijk hebben in de media. Door de overkill aan emotionaliteit wordt de rationele dwarsliggerij buitenspel gezet (niet in vredestijd).
2. Nu er steeds meer berichten uit de V.S. en Groot‑Brittannië komen over hoe de autoriteiten journalisten tegenwerken, is het ook bij ons oppassen voor nieuwe vormen van censuur.
3. In de geschreven pers ontstaat er nauwelijks enig debat over de rol die de media spelen. Dat een debat niet op gang komt de avond zelf, is normaal. Een wetenschapper moet afstand nemen. Maar na pakweg een maand moet hij/zij toch in de mot hebben wat er gaande is en zijn/haar stem laten horen. Waarom gebeurt dit zo weinig?
4. Ook op de Vlaamse televisie is er ook nauwelijks kritiek zicht‑ of hoorbaar over het eigen reilen en zeilen. Daar waar zo’n kritiek nochtans perfect kan. Op de Waalse tv loopt er wel een programma waarin kijkers hun klachten over de omroep kunnen uiten.
5. Door hun oorlogszuchtige taal hebben de media de stemming onder de bevolking mee doen evolueren naar een opstelling “pro” Amerikaanse “vergeldingsaanvallen”. In plaats van een genuanceerder beeld op te hangen.
6. Opmerkelijk is ook dat de media die zogezegd de “publieke opinie” volgen, die publieke opinie niet volgen in haar angst voor nieuwe aanvallen van terroristen als gevolg van het militaire optreden van het Westen.
7. Ik stel vast dat ondanks de berichten dat de “strijd tegen de terreur” geen strijd tegen “de islam” is, de Vlaamse media door hun fixatie op “moslimterroristen”, de angst voor en de haat tegen al wat met de islam te maken heeft, in de hand werken.
8. Tenslotte wil ik opmerken dat de media door hun zucht naar kijk‑ en leescijfers en dus naar sensatie, het binnenlands terrorisme stimuleren.

Wie troost zoekt, kan naar de eerste helft van de vorige eeuw kijken. Met twee wereldoorlogen en een holocaust behoort die tijd tot de donkerste periodes uit de geschiedenis. Maar nadien volgde (in het Westen toch) een lange periode van vrede.
Niemand kan de toekomst voorspellen. Hoe die zich ontwikkelt, zal altijd een kwestie van mensenwerk zijn. Belangrijk daarbij is het verenigingsleven, met al de varianten aan vrijwilligerschap die het bevat. Dat verenigingsleven is voedingsbodem én oplossing voor de verzuring van de samenleving.

De vraag die ik mij stel is: “Kunnen wij in Vlaanderen niet een soort van Bond Beter Mediagebruik oprichten?”
Daar het tv-kijken een passieve gelegenheid is waar je moeilijk mensen actief kunt rond verenigen, zou de BBM veeleer een “ontmoetingsforum” moeten zijn, zoals de Bond Beter Leefmilieu voor de milieubewegingen.

Geen opmerkingen: