Eindredactie: Thierry Deleu
Redactie: Eddy Bonte, Hugo Brutin, Georges de Courmayeur, Francis Cromphout, Jenny Dejager, Peter Deleu, Marleen De Smet, Joris Dewolf, Fernand Florizoone, Guy van Hoof, Joris Iven, Paul van Leeuwenkamp, Monika Macken, Ruud Poppelaars, Hannie Rouweler, Inge de Schuyter, Inge Vancauwenberghe, Jan Van Loy, Dirk Vekemans

Stichtingsdatum: 1 februari 2007


"VERBA VOLANT, SCRIPTA MANENT!"

"Niet-gesubsidieerde auteurs" met soms "grote(ere) kwaliteiten" komen in het literair landschap te weinig aan bod of worden er niet aangezien als volwaardige spelers. Daar zij geen of weinig aandacht krijgen van critici, recensenten en andere scribenten, komen zij ook niet in the picture bij de bibliothecarissen. De Overheid sluit deze auteurs systematisch uit van subsidiëring, aanmoediging en werkbeurzen, omdat zij (nog) niet uitgaven (uitgeven) bij een "grote" uitgeverij, als zodanig erkend.

3 mei 2011


Gek van paarden
(uit briefwisseling met vriend-bibliothecaris Jan Van Herreweghe (archief 2000)


1. Net terug van Elsegem. Een prachtige groene omgeving, met een mooie kasteelhoeve, een park in pocketformaat, een oergezellig terras, vriendelijke mensen, een droom. Hier zouden we nog willen wonen, in een conciërgehuis bijvoorbeeld, met voor de deur een weide met enkele paarden. “Is één paard nog niet genoeg?” vraagt Ginette. Ze kent haar pappenheimer: nooit genoeg, nooit tevreden, altijd meer, altijd iets anders, plannen maken, projecten uitdenken… Een lastige klant om mee te leven, maar ze ziet mij graag, ik voel dat. En het is wederkerig, Jan.

2. Ik weet dat het jou sterk zou verwonderen als ik niet zou eindigen met enkele beschouwingen over de Creuse, over Confolent, over l’Ecurie (het huisje waarin Peter Deforge in Eindterm zich terugtrekt na de dood van Sabine du Tertre), over Luca. We hebben genoten tot in onze kleine teen! Ik heb gezien hoe gelukkig Ginette was, blij, onbevangen, praatgraag, mooi, ik heb gemerkt dat zij van deze plek houdt, van de mensen, van het landschap, van Luca. Jan, we hebben het paard gewassen, afgespoten, ingewreven met shampoo, afgespoten, afgedroogd. Zie je het tafereeltje? Twee schrikachtige mensjes bij het grote paard dat eerst steigert en zich dan graag gewonnen geeft. Liefde op het eerste gezicht? Liefde is huiver. En gulzigheid./Van mond en tanden, krauw en beet/en tederheid van vogelveren schrijf ik in een gedicht. Welnu: Luca bijt zachtjes in Ginettes arm, zachtjes. Als dat geen liefdesverklaring is? Zegt men niet: ik zou je kunnen opeten (van liefde)?

3. Ik vind het spijtig Jan, de post bracht mij daarnet een camel Jack Happy Valley Blouson Basic. Dit is een “equestrian product”, zoals je merkt. Vanaf vandaag beschik ik over “a noble image”. Die jas geeft mij “a sense of outstanding appearence”. Happy Valley is “eine Konigliche Marke”, beste vriend. Ik vond dat ik dit jasje nodig had om morgen, donderdag, mijn eerste privé les paardrijden te krijgen van een Hollandse griet, die reageert op de welluidende naam Claudia. Claudia, ja, ja, morgen zadel ik een oude knol en hijs mij op zijn rug. Ik houd je op de hoogte van mijn “equestrian adventure”. Beloofd.

4. Het paardrijden verloopt vlot. Jablonka is een brave hengst die mij gewillig rondrijdt, die zelfs als ik hem niets vraag toch de juiste beslissing neemt. Ik kan al en beetje stappen, een beetje draven, ook zonder handen, maar het doorzitten (geen teugels of beugels), valt niet mee. Claudia, de hollandaise met de aanstekelijke lach, is toch tevreden over haar oudste ruiter. Ik heb dus al één prijs in de wacht gesleept: die van de oudste leerling. Na vijf lessen, - de vierde is vandaag achter de rug, - zal zij oordelen of ik ook de domste van de klas ben.

5. Netteke rust mij goed uit: ik kreeg al een paar neusversterkte en gespoorde hoge schoenen, een katoenen rijbroek, een jasje. Volgende week kom ik in aanmerking voor een paar handschoenen en een zweepje. Je merkt dat mijn enthousiasme kinderlijke vormen aanneemt. Dit is gevaarlijk voor de levensduur van een project. I know.

6. De schrijver-te-paard lost de verwachtingen niet in. Ondertitel: Hij valt over de eerste hindernis met zijn aars op een scherpe pen. Je weet toch Jan, dat het puntje van een vlugge pen ’t scherpste wapen is? Toen ik wakker werd, stond Claudia aan mijn bed met een potje cactusdahlia’s. Ze lachte als een castraat en vroeg mij: “Thierry, je valt beter over de eerste hindernis dan over de laatste.” Ik begreep haar en ik was op slag getroost. Maar toen ik naar de plee moest, ervoer ik hoe woorden niet altijd de beste zalf zijn.

7. Jan, ik ben niet meer gewoon begaan met de wereld van het paard, het wordt erger: ik ben erdoor gefascineerd. Donderdag kreeg ik mijn zevende les paardrijden. Ik stapte een halfuurtje door een nieuwe wijk, langs de Mandel, op éénpaardbrede wegeltjes, door smalle poortjes, voorbij het blaffen van een bange hond… Geen sinecure om op Jablonka te blijven, maar het lukte mij aardig. Eén keer ging zij draven, maar ik kon haar tot de orde (van de dag) roepen: stappen! Ik besef het en ik voel meelij met jou: godgeklaagd jij krijgt (ter recensie?) de gedichtenbundel Na een nacht tussen de paarden van Tua Forsström.

8. Weet je, Jan, dat meer nog dan de hond het paard ons al heel lang vertrouwd is uit sagen en sprookjes, uit liederen en spreekwoorden, uit wapenschilden en stadsnamen. Zelfs al is het “stokpaardje” al lang “hobby” geworden, een hoefijzer brengt nog altijd geluk! Het paard heeft een doorslaggevende rol gespeeld bij de geschiedenis van de mens, eerst als trekdier, dan als rijdier. De Romeinen spraken van Equus en Caballus, paard en ruiter, later ridder. Caballero in het Spaans en chevalier in het Frans betekenden eerst ruiter, later ridder en tenslotte cavalier, edelman. In oorlog en vrede maakte de mens gebruik van het paard, getuige de woorden cavalerie en cavalcade, als ruiterij en schitterende paardenshow! Was de inval van de Hunnen, het doordringen van de Arabische Moren tot in Frankrijk zonder paarden mogelijk geweest? Volksverhuizingen, kruistochten, steeds waren er paarden. Ze trokken wagens, ze droegen lasten en wie een paard bezat was bij de veroveringen als eerste ter plaatse en kon ook tijdig vluchten als de kansen keerden. Voor de Grieken was het paard een schoonheidsideaal, sierlijk en volmaakt in zijn bewegingen. Het was het attribuut van de oorlogshelden, de vorsten en de koningen. Maar het paard trok ook al duizenden jaren de ploeg door de zware akkergronden of draafde voor de koetsen door het landschap. Paarden verzorgden de postdiensten, ja eigenlijk alle personen- en goederenverkeer. Ze trokken schepen stroomopwaarts over de rivieren en werkten onder de grond in de mijnen.

9. Als dit geen ode is aan het paard! Heb ik jou kunnen overtuigen? Dat het jou een troost weze: ik lees ook wel eens gedichten over tuinieren, witloof en Belgacom, maar van die nieuw-realistische poëzie hou ik niet zo. Alleen van Patricia Lasoen, omdat die daar eigenlijk niet bij hoort. Trouwens, Lionel Deflo mag nog zo goed zijn best hebben gedaan om de nieuw-realisten in Vlaanderen te groeperen, nadien bleek toch dat er enkelen zich onheus behandeld voelden. Dat doet sowieso niets af van zijn verdienste: actie en reactie, school en doe-het-zelver, nieuw-realisme en neoromantiek zijn het zout en de peper voor een boeiende literatuurgeschiedenis. In mijn essay over Guy van Hoof, dichter zonder kroon (najaar 2001) ga ik hier iets (iets) dieper op in.

10. Een paard blaft niet, ik weet het wel, maar in mijn gedachten ben ik te veel bij Lucy de Confolent, mijn appaloosa, dartelend in de prairie van Confolent bij boer Marcel Warlop. Dit is niet gezond, ik moet dringend naar de dierenarts voor een spuit. Ook in deze brief komt het paard ongegeneerd vanachter het hoekje te voorschijn. Waar het hart van vol is…

11. Ik abonneerde mij op drie tijdschriften over paarden en kocht een boek over hun verzorging. Bovendien won ik een boek uit de cadeaudoos van “Het Nieuwsblad”, Jan, ik won een boek: een moderne kinderencyclopedie, Mijn eerste grote kinderencyclopedie van Andrew Langley. Het eerste naslagwerk voor thuis en op school. Ik heb (nog) geen kleinkinderen, maar jij hebt een pracht van een dochter: Siel (ik tik dichter i.p.v. dochter: een teken?). Zou Siel hier blij mee zijn? Ik doe haar het boek cadeau. Afgesproken?

Thierry

Geen opmerkingen: