Eindredactie: Thierry Deleu
Redactie: Eddy Bonte, Hugo Brutin, Georges de Courmayeur, Francis Cromphout, Jenny Dejager, Peter Deleu, Marleen De Smet, Joris Dewolf, Fernand Florizoone, Guy van Hoof, Joris Iven, Paul van Leeuwenkamp, Monika Macken, Ruud Poppelaars, Hannie Rouweler, Inge de Schuyter, Inge Vancauwenberghe, Jan Van Loy, Dirk Vekemans

Stichtingsdatum: 1 februari 2007


"VERBA VOLANT, SCRIPTA MANENT!"

"Niet-gesubsidieerde auteurs" met soms "grote(ere) kwaliteiten" komen in het literair landschap te weinig aan bod of worden er niet aangezien als volwaardige spelers. Daar zij geen of weinig aandacht krijgen van critici, recensenten en andere scribenten, komen zij ook niet in the picture bij de bibliothecarissen. De Overheid sluit deze auteurs systematisch uit van subsidiëring, aanmoediging en werkbeurzen, omdat zij (nog) niet uitgaven (uitgeven) bij een "grote" uitgeverij, als zodanig erkend.

16 april 2011


LIEFDE IS EEN WERKWOORD


LIEFDE

Voorzichtiger dan vlinders strijken
mijn lippen op je schouders neer.
Zo-even weer. Als het sneeuwen
van meeuwen op de wiegende zee.

Liefde is huiver. En gulzigheid.
Van mond en tanden, krauw en beet
en tederheid van vogelveren.
Liefde is ook jagen, prinses,

op de katten in je ogen,
op de welpen in je enkels,
de springgazellen van je geest.
Liefde vernietigt niet, prinses.

Haar prooi wordt meesteres,
mijn roede haar trouw reptiel.
Liefde is elk uur als de duur
van een vlam tussen rook en as.


EEN ZOMER IN DE MOEREN

Een zomer in de Moeren
aan de bocht van Cabour
tussen broek en schote
land van koolzaad en rapen

zij vlijt zich neer prooi
lenig dier dat half opgericht
mij zoent in tegenlicht
onder navel en lenden.

Ik verstijf tot pagode
op deze binnenduin
stokebrand geuzenstorm
Seinemolen zonder wieken.

Als zij openwaait delta
van genot moeras onderkomen
voel ik het koolwitje
beven in haar heup.


VINKEM OP DE SCHREVE

Ik heb op zijn Frans gemind
in dit koninklijk bordeel
Vinkem op de Schreve.
Sedert is zij in al mijn

zinnen vrouwe Camelot
teugel van mijn Pegasus.
Haar huid zit om de perzik
in mijn hand het parfum

van haar lichaam hangt in
de lucht die ik adem.
In de wiekslag van een meeuw
hoor ik haar schaterlach.

Zij is mijn evangelium
geen vrucht smelt in mijn mond
of ik denk aan haar.
Vinkem op de Schreve.


SINT-FLORA

Wij snuffelen de berm op
in de wei liggen schapen
uit de hemel gevallen
meteorieten een reiger

komt aan de einder neer.
Zij ruikt naar pas gemaaid gras
haar lippen beginnende dauw
dauwdraden waaraan vlinders

zinderen. Ik voel hun vleugels
trillen als zij kreunend
openbarst haar schoot mijn
bloeiende dood. De aarde

duizelt als wij huistoe
schrijden een paard met kar
schudt als een natte poedel
de geluiden van zich af.


Thierry Deleu


Geen opmerkingen: