Eindredactie: Thierry Deleu
Redactie: Eddy Bonte, Hugo Brutin, Georges de Courmayeur, Francis Cromphout, Jenny Dejager, Peter Deleu, Marleen De Smet, Joris Dewolf, Fernand Florizoone, Guy van Hoof, Joris Iven, Paul van Leeuwenkamp, Monika Macken, Ruud Poppelaars, Hannie Rouweler, Inge de Schuyter, Inge Vancauwenberghe, Jan Van Loy, Dirk Vekemans

Stichtingsdatum: 1 februari 2007


"VERBA VOLANT, SCRIPTA MANENT!"

"Niet-gesubsidieerde auteurs" met soms "grote(ere) kwaliteiten" komen in het literair landschap te weinig aan bod of worden er niet aangezien als volwaardige spelers. Daar zij geen of weinig aandacht krijgen van critici, recensenten en andere scribenten, komen zij ook niet in the picture bij de bibliothecarissen. De Overheid sluit deze auteurs systematisch uit van subsidiëring, aanmoediging en werkbeurzen, omdat zij (nog) niet uitgaven (uitgeven) bij een "grote" uitgeverij, als zodanig erkend.

25 mei 2009

"De metamorfosen van de dichter" van Willem M. Roggeman

• François Vermeulen

De metamorfosen van de dichter is de recente bundel van Willem M. Roggeman, geboren in Brussel in 1935, uitgegeven door De Contrabas. In vijf reeksen gedichten toont Roggeman nogmaals aan dat hij ongetwijfeld tot de kleine schare van authentieke dichters behoort. Zijn onmiskenbaar talent laat hem ook nu niet in de steek.

Verwijzingen
Taal is het instrument van de dichter. De ontoereikendheid ervan doet de dichter (soms) de das om. Die onmacht levert dan weer mooie gedichten op over taal en over poëzie.
Woorden op zoek naar een betekenis / dringen luidruchtig binnen in deze tekst. (in "Een torpedo in de taal").
Dit gedicht schuift dicht als een gordijn / waarmee een mistlandschap wordt afgesloten. (in "De wet van het medium").
"Dode taal"' begint met Poëzie klinkt een beetje als een dode taal. En eindigt met Eén voor één komen de woorden aan het licht. / Zij bieden een mooi uitzicht op de taal. Met de schim van Slauerhoff die huivert om al wat onbegrepen bleef doet de auteur een milde oproep om niet te snel weg te lopen van (ogenschijnlijk) moeilijke gedichten. Inspanningen zullen beloond worden.
Bijzonder mooi is "Gevonden gedicht" opgedragen aan Gerrit Kouwenaar. De verwijzing naar "Totaal witte kamer" vinden we terug in de versregels De schaduw van Gerrit Kouwenaar zit / in een lege witte kamer te kauwen op taal. Roggeman beschrijft met respect, schroom en poëtische fijngevoeligheid de mogelijke gemoedstoestand van Kouwenaar vóór, tijdens en nà het schrijven van zijn bekende gedicht.
Er zijn ook Verwijzingen naar "De eenzaamheid van een voorwerp" met originele invalshoek en "Een sprekend portret", twee gedichten waarin Roggeman laat zien dat goede poëzie niet altijd metaforen behoeft.

Drie portretten
Homeros. Rabelais. Vermeer. De auteur serveert ons in drie lange gedichten zijn cultuurhistorische kennis, trekt ons mee in de wereld van de geportretteerden, geeft ons een brok geschiedenis aangevuld met whisfull thinking: situaties waarin ze zich hebben bevonden of hadden kunnen beland. Of een fijn anachronisme in "Het handschrift van Homeros" waarin hij de Griekse dichter naar een lied van Theodorakis laat luisteren, die andere grote Griek. Roggeman loodst ons blindelings doorheen de Griekse mythologie.
In "De bulderende lach van François Rabelais", geboren in 1483 (met een vraagteken), monnik, arts, schrijver, humanist leren we dat Rabelais een bourgondiër was. Er zijn verwijzingen naar zijn vijf boeken over vader en zoon Gargantua en Pantagruel, Jeroen Bosch, Nostradamus, Paracelsus.
"Johannes Vermeer bij het virginaal" schetst het (korte) leven van de Nederlandse schilder een ietwat teruggetrokken figuur, waarvan slechts een 34-tal schilderijen zijn bewaard gebleven. In 2003 werd het ontstaansverhaal van "Girl with a Pearl Earring" verfilmd met Scarlett Johansson en Colin Firth naar de gelijknamige roman van Tracy Chevalier. Vermeer stierf in 1675 en liet veel schulden achter.

De metamorfosen van de dichter
Alles staat er toch maar weer, is de eerste zin van een cyclus van vier gedichten. Maar voor het zover is heeft de dichter Hij die voordien alleen in dromen bestond een lange weg afgelegd. Het wit van papier is geduldig, werkt verlammend en de dichter moet veel demonen afschudden, Radeloos vlucht hij weg uit zijn lichaam. Vanuit zijn beperktheid probeert hij vat te krijgen op een tijdsbeeld en Zijn bestaan vult hij langzaam op met taal. Door zijn creatiedrang en onbescheidenheid (?) is the sky the limit maar hij valt telkens terug tussen de regels, erger nog verdwijnt onherroepelijk in de tekst. Of hoort de dichter daar thuis, wordt hij één met zijn tekst? Zijn schrijfproces kent vele gedaantes: Hij kauwt heel traag op een langgerekt woord, Als een giraf kijkt hij over het taallandschap heen. En al stappend vermorzelt hij soms een leesteken. Schitterend.
Roggeman ontleedt de dichter, dus zichzelf en daarom autobiografisch, als een (onrust)zoeker, buitenstaander, observator, dromer en twijfelaar die (taal)grenzen wilt doorbreken en verleggen maar botst op zijn onvolkomenheden, onzekerheden, zijn tekort aan taal.

Jazz
Spreken over Roggeman als jazzliefhebber is onvolledig, haast een belediging. Jazzkenner klinkt dan weer clean, emotieloos. Neen, hij is een jazzfanaat.
Het thema komt regelmatig in zijn oeuvre voor. Voor zijn bundel Blue Notebook waarin hij een jazzperiode beschrijft, ontving hij in 2007 de internationale poëzieprijs "Premio Tratti". De bundel werd uitgegeven door Mobydick en vertaald door Giovanni Nadiani, ere wie ere toekomt. In 20 gedichten, met New York als plaats van gebeuren, "beschrijft hij een jazztijdperk in tedere, eerlijke minibiografieën vol begrip voor de eenzaamheid, de weemoed die soms hun leven beëindigde. Hij kent deze mensen en blue moods door en door. De grote kennis van het onderwerp wordt omzichtig en onopvallend in de gedichten binnengesmokkeld" (Annmarie Sauer in "Stroom", nr 27, dec. 2007).
Enkele jaren geleden heb ik een Knack-aanbieding gekocht, 10 cd's met De legendes van de Jazz. Eerlijk, ik heb mijn best gedaan maar de hersenkronkel ontbreekt. Billie Holiday, Django Reinhardt en Stéphane Grappelli kunnen we wel bekoren en Do you really love me een ballad (jazz?) van Ella Fitzgerald krijgt mijn nekharen omhoog, maar een fan van het genre zal ik nooit worden. Is dit nodig om van de vijf jazzgedichten in De metamorfosen... te kunnen genieten? Moet je weten dat het gedicht "Whisper not" de titelsong is van een studio album van Ella Fitzgerald uit 1967? In "I could write a book" stelt Don Cherry op 11 september 2001 een vraag aan Sonny Rollins. Maar Don Cherry overleed 1995. Of dat de Engelstalige titels allemaal naar een muziekstuk verwijzen? Die kennis is niet vereist om van de associatieve beelden van feiten en fictie te genieten.

Schetsboek
Letterlijke betekenis: een boek met onuitgewerkte tekeningen. Hier slaat het woord volgens mij terug op datgene wat de protagonisten uit de vier lange gedichten bindt, namelijk de beeldende kunsten. De auteur stapt in de denkwereld van zijn vrienden of althans van personen die hem nauw aan het hart liggen. Zijn respect en bewondering verwoordt hij beeldrijk maar met de nodige afstand. Het zijn dan ook niet de minsten, deze internationaal gerenommeerde kunstenaars.
Guy Vandenbranden (1926), belangrijkste Belgische constructivist, "Hij zit in het centrum van een oorverdovend schilderij", met verwijzingen naar meetkundige figuren.
Marc Mendelson (1915), schilder, zeefdrukker, beeldhouwer, van wie enkele pentekeningen in de bundel zijn opgenomen. Allusies op de werkelijkheid, / een kettingreactie van beelden / die plots tot stilstand komen / in een witte verkalkte droom.
Paul Van Gysegem (1935), beeldhouwer, schilder, jazzmuzikant. Hij telt zijn laatste uren en zijn kwetsuren. / Gesoldeerde littekens, als zilveren tranen, / die door de tijd zwart worden geverfd.
Maurice Wyckaert (1923-1996), vooral bekend om zijn landschappen die hij vanuit vogelperspectief schilderde. Zoals Hölderlin leest hij de wolken, / niet te vatten, steeds weer ontsnappend.

Wanneer specifieke personen "model staan", zowel bij de historische figuren, de jazzmusici of de hedendaagse geestgenoten, voel ik telkens die onderhuidse warmte, genegenheid en loyaliteit. En dat vind ik heel knap.
De poëzie van Roggeman vraagt aandacht. Hij "schildert met woorden" (Paul de Vree) en meestal met zachte penseelstreken. Doorheen zijn plastische taal en kennis reis je niet als autocartoerist die in 5 dagen Europa wilt zien, maar als rugzaktoerist. Zo kom je op onbekend terrein dat het vuur aan de lont van je verwondering steekt.

Ingaan op de impact van Willem M. Roggeman op het literaire gebeuren van de laatste decennia is hier onmogelijk.
Zijn oeuvre omvat een vijftigtal publicaties; poëzie, proza, toneel, vertalingen, essays. Zijn werk werd vertaald in vele talen, opgenomen in bloemlezingen en meermaals bekroond. Was journalist bij "Het Laatste Nieuws" van 1959 tot 1981 en van 1981 tot 1994 adjunct-directeur en waarnemend directeur van het Vlaams Cultureel Centrum "De Brakke Grond" in Amsterdam.


OVER HET ONVOORSTELBARE

Zij deed een greep in de geschiedenis
en haalde een huiverend moment boven
waarin de mens het noodlot ontwierp.

Iemand zonk toen langzaam weg in het landschap.
Ver van zijn rustieke dromen kreeg hij een gezicht
op het onvoorspelbare, dat plotseling rimpels trok
in het vergeten grondwater van het eerste mysterie.

In het raam stond de nacht zacht te zingen,
over een maansikkel om het oosters te maken.
En zij hoorde hoe de maan zuchtte
omdat de dichters haar vergeten zijn.

De eenzaamheid van de mensen rook
naar het stof van verdwaalde sterren.

De zon is niet langer die laaiende godin,
oordeelde de laatste hedonist, maar
meteen kwam een nieuwe betekenis
nieuwsgierig om de hoek kijken.




Willem M. Roggeman, De metamorfosen van de dichter, 2008
Uitgeverij De Contrabas, ISBN 978 90 79432 06 6

Geen opmerkingen: