Eindredactie: Thierry Deleu
Redactie: Eddy Bonte, Hugo Brutin, Georges de Courmayeur, Francis Cromphout, Jenny Dejager, Peter Deleu, Marleen De Smet, Joris Dewolf, Fernand Florizoone, Guy van Hoof, Joris Iven, Paul van Leeuwenkamp, Monika Macken, Ruud Poppelaars, Hannie Rouweler, Inge de Schuyter, Inge Vancauwenberghe, Jan Van Loy, Dirk Vekemans

Stichtingsdatum: 1 februari 2007


"VERBA VOLANT, SCRIPTA MANENT!"

"Niet-gesubsidieerde auteurs" met soms "grote(ere) kwaliteiten" komen in het literair landschap te weinig aan bod of worden er niet aangezien als volwaardige spelers. Daar zij geen of weinig aandacht krijgen van critici, recensenten en andere scribenten, komen zij ook niet in the picture bij de bibliothecarissen. De Overheid sluit deze auteurs systematisch uit van subsidiëring, aanmoediging en werkbeurzen, omdat zij (nog) niet uitgaven (uitgeven) bij een "grote" uitgeverij, als zodanig erkend.

29 mei 2007

Ode aan de bibliothecaris?

Waarom niet? Is de bibliothecaris niet de bruggenbouwer tussen de informatie in een bibliotheek en haar bezoekers? Hij/zij zorgt ervoor dat het informatieaanbod van de bibliotheek goed aansluit bij de wensen van de bezoekers en houdt de collectie up-to-date. Verschijning van nieuwe boeken, tijdschriften of naslagwerken houdt hij nauwlettend in de gaten. Aanwinsten geeft hij - door middel van een coderingssysteem - een logische plek in de collectie. Wanneer bezoekers moeite hebben om informatie te vinden, helpt hij ze bij hun zoektocht. Dit is héél wat en daarom verdient hij/zij deze ode!

Toch kleeft aan het beroep van bibliothecaris nog altijd een stoffig imago. Zit hij/zij alleen maar met zijn/haar neus in de boeken? Zeker niet, het tegenovergestelde is waar. De bibliothecaris heeft juist een gevarieerd takenpakket. Hij/zij houdt zich niet alleen bezig met het beheer van de collectie, maar ook met het verstrekken van informatie. Vooral dit laatste aspect maakt het beroep leuk; de meest uiteenlopende vragen moet hij/zij kunnen beantwoorden. Iedere werkdag is hierdoor anders. De bibliothecaris heeft dus een leuk beroep.

Hij/zij verricht de volgende vijf hoofdtaken:
1. Beschikbaar stellen van informatie.
2. Up-to-date houden van de collectie.
De bibliothecaris houdt bij welke nieuwe boeken, tijdschriften en naslagwerken er verschijnen. Om te bepalen welke titels moeten worden aangeschaft, leest hij/zij onder andere recensies en aankondigingen van uitgevers.
Daar wringt het schoentje! Hoe maakt hij kennis met uitgaven van auteurs die niet bij “gevestigde” uitgevers (met recensie) worden uitgegeven? En indien hij/zij er weet van krijgt, vindt hij het dan belangrijk/onbelangrijk en/of tijdrovend om contact met de auteur te nemen? Wat doet de bibliothecaris indien hij/zij geen recensie toegestuurd krijgt of indien de auteur geen “officiële” recensie krijgt?
Bij het uitbreiden van de collectie houdt hij/zij altijd de wensen van de bibliotheekgebruikers in zijn/haar achterhoofd.
Hij/zij adviseert de bevoegde schepen over de aanschaf van nieuwe boeken. Vaak is het echter zo dat de bibliothecaris zelf tot de aankoop overgaat. Hij beheert het budget.
Van wie krijgt hij informatie over nieuwe uitgaven? Wat indien hij/zij van de officiële bibliotheekdienst slechts informatie, voorzien van een recensie, ontvangt van ingezonden nieuwe boeken door de “grote” uitgeverijen? Besteedt hij ook evenveel aandacht aan informatie hem/haar door de auteur zelf bezorgd?
Een voorstel. Is het niet wenselijk (menselijk) dat ook (beginnende) auteurs of auteurs zonder grote uitgeverij of auteurs die uitgeven in eigen beheer zich met evenveel respect kunnen wenden tot diezelfde “boekendienst” (door de Overheid en/of het boekenbedrijf opgericht en/of gesubsidieerd)?

3. Informatie opbergen.
Een bibliotheekcollectie is ingedeeld aan de hand van een bepaald coderingssysteem. De bibliothecaris zorgt er voor dat dit coderingssysteem gehandhaafd blijft. Niet alleen voorziet hij/zij nieuwe boeken van de juiste code, maar hij/zij let er ook op dat het uitgeleende boek weer op de juiste plek wordt opgeborgen.

4. Helpen bij het zoeken van informatie.
Hoewel iedere bibliotheek beschikt over een zoeksysteem waarmee bezoekers zelfstandig de collectie kunnen raadplegen, hebben bezoekers regelmatig hulp nodig bij hun informatiezoektocht. Hij/zij maakt ze niet alleen wegwijs in het computersysteem - legt bijvoorbeeld uit welke zoektermen ze kunnen invullen -, maar draagt ook suggesties aan voor het raadplegen van bronnen.
Bijvoorbeeld bij het zoeken naar informatie over een schrijver.
Ook nu weer is de “onbekende” auteur de dupe. Wanneer de bezoeker het zoeksysteem raadpleegt, komt hij/zij nooit uit op een beginnende auteur, debutant, auteur zonder uitgeverij, tenzij de lokale bibliothecaris de man of vrouw persoonlijk kent en van hem/haar een aantal boeken heeft aangekocht. Deze auteur krijgt echter geen kans(en) om gelezen te worden door een ruimer publiek, om te worden geapprecieerd, om te worden gekocht. Hij blijft - als het meevalt - een lokale (hoogstens regionale) vedette.
Aan openbare bibliotheken op internet kunnen over allerlei onderwerpen vragen worden gesteld.
Voorstel. Op didactische borden/platen brengt de bibliothecaris eenvoudige tekst aan die de bezoeker wegwijs maakt in het zoeken naar alle auteurs, ook minder bekende, vergeten of doodgezwegen schrijvers. “De auteur die of het boek dat u hier niet vindt, kan u ons vragen. Wij helpen u zoeken!” Of “Een auteur? Een boek? Wij helpen u zoeken!”
Via Google is dit een eenvoudige klus: naam auteur zoeken, de verkregen bestanden overlopen, de websites of blogs van de auteur raadplegen. De bezoeker meldt de naam van de gezochte auteur(s) aan de bibliothecaris. Die naam komt op de lijst voor aankoop door de bibliothecaris.

5. Informatie uitwisselen met andere bibliotheken.
De bibliothecaris onderhoudt contact met andere bibliotheken en bibliotheekdiensten over het informeren over en het uitwisselen van boeken. Wanneer een bezoeker boeken van een andere bibliotheek wil lenen, bemiddelt en adviseert hij/zij hierbij.
Deze werkwijze geldt zeker ook wanneer het om een minder bekende, debuterende, zelf uitgevende auteur betreft. Indien de bibliothecaris en/of de bezoeker de woonplaats van deze auteur kent, kunnen zij de lokale openbare bibliotheek contacteren. Wat niet uitsluit dat de aangesproken bibliothecaris het boek aankoopt.
De bibliothecaris werkt samen met bibliotheekmedewerkers, documentalisten en soms ook archivarissen. Bibliotheekmedewerkers zijn verantwoordelijk voor het innemen en uitlenen van boeken. Documentalisten en archivarissen helpen bij het beheren van de collectie. Over het algemeen werkt de bibliothecaris zelfstandig.

Voorstel. De bibliothecaris onderstreept in zijn dienstmededelingen hoe belangrijk het is alle auteurs te kennen (niet alleen degenen die zij op school hebben gelezen), hoe de keuze van de bibliotheekbezoeker moet worden begeleid en verbreed, hij/zij benadrukt het respect dat zijn/haar medewerkers moeten hebben voor alle auteurs en alle bezoekers. Hij leert hun hoe onvrijwillig discriminerend zij kunnen tewerk gaan.
De organisatiestructuur van openbare bibliotheken is in de loop van de jaren veranderd. Het beroep bibliothecaris moet spoedig worden opgesplitst in twee functies: bibliothecaris backoffice en bibliothecaris frontoffice.
In het eerste geval (backoffice) legt hij/zij zich toe op het ontwikkelen van nieuwe diensten en producten. Hij/zij onderzoekt bijvoorbeeld welke informatiebehoefte basisscholen hebben en op basis hiervan ontwikkelt hij/zij een nieuwe dienst. Dat kan een cursus begrijpend lezen zijn.
De bibliothecaris frontoffice is dan verantwoordelijk voor de uitvoering van het nieuwe dienstenpakket.

Indien een bibliothecaris niet beantwoordt aan het volgende beroepsprofiel, dan is hij/zij fout bezig of niet geschikt voor de job:
1. Informatie snel kunnen opnemen.
2. Zorgvuldig en nauwkeurig kunnen werken.
3. Dienstverlenend zijn.
Wanneer bibliotheekbezoekers informatie niet kunnen vinden, vragen zij de bibliothecaris om raad. Hij/zij legt ze het zoeksysteem uit en maakt ze wegwijs in de collectie. Ook denkt hij/zij met hen mee: welke bronnen zijn geschikt om te raadplegen bij het zoeken naar een auteur of naar een boek?
4. Goed kunnen samenwerken.
De bibliothecaris werkt niet alleen samen met zijn/haar collega’s van de bibliotheek, maar ook met bibliotheekbezoekers. De samenstelling van die laatste groep is zeer divers. Hij/zij moet dan ook met mensen met diverse achtergronden overweg kunnen. Daartoe is het belangrijk dat hij/zij beschikt over goede communicatieve vaardigheden: zoals kunnen luisteren en durven door te vragen. Hij/zij moet immers iedereen kunnen advisren.

5. Nieuwsgierig zijn.
Als bibliothecaris kun je vrijwel met ieder onderwerp en/of boek en/of auteur in aanraking komen. Een brede interesse is dan ook een absolute must.

Wie is volgens mij een topbibliothecaris? Een topper wordt hij/zij door hem/haar te specialiseren in een aantal onderwerpen. Door ontwikkelingen goed te volgen, zoals het debuut van een auteur, de kleinschalige uitgeverijtjes, de printing-on-demand, is hij/zij op de hoogte van de nieuwste uitgaven en (digitale) informatiebronnen. Hij/zij kan bibliotheekbezoekers hierdoor beter bijstaan bij hun zoektocht naar informatie en de kwaliteit van de collectie (actueel en volledig) vergroten.

Thierry Deleu

Geen opmerkingen: